Herhaling Vraag en aanbod, primair- en luxe goed, arbeidsmarkt, arbeidsproductiviteit en Ev
Herhaling H2
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slide.
Items in this lesson
Herhaling H2
Slide 1 - Slide
Concrete markt
Abstracte markt
Slide 2 - Drag question
Hoe hoger de prijs:
A
Hoe meer producten producenten willen aanbieden
B
Hoe minder producten producenten willen aanbieden
Slide 3 - Quiz
Hoe lager de prijs:
A
Hoe minder producten consumenten willen kopen
B
Hoe meer producten consumenten willen kopen
Slide 4 - Quiz
Waar staat Q voor bij Qv en
A
Quantity
B
Quiz
C
Qwaliteit
D
Q-koorts
Slide 5 - Quiz
Waar staan Qv en Qa voor?
A
Qv = hoeveelheid van het aanbod
Qa = hoeveelheid van de vraag
B
Qv = hoeveelheid van de vraag
Qa = hoeveelheid van het aanbod
Slide 6 - Quiz
Qv = -100P + 400 Dit noem je een:
A
Vraagvergelijking
B
Aanbodvergelijking
Slide 7 - Quiz
Qv = -100P + 400 Hoeveel is de hoeveelheid van de vraag bij een prijs van € 2? Schrijf volledig uit!
Slide 8 - Open question
De vraaglijn is een dalende lijn en de aanbodlijn is een stijgende lijn:
A
Juist
B
Onjuist
Slide 9 - Quiz
Als het inkomen daalt welke kant verschuift de vraaglijn dan op?
A
Links
B
Rechts
Slide 10 - Quiz
Maximale betalingsbereidheid is Qv = 0
A
Juist
B
Onjuist
Slide 11 - Quiz
Minimale leveringsbereidheid/verkoopbereidheid is Qa = 0
A
Juist
B
Onjuist
Slide 12 - Quiz
Qa = 200P - 500 Hoeveel is de minimale leveringsbereidheid/verkoopbereidheid? Schrijf volledig uit!
Slide 13 - Open question
Het snijpunt waar de vraag- en aanbodlijn elkaar snijden geeft de:
A
Evenwichtsprijs aan
B
Evenwichtshoeveelheid aan
C
Evenwichtsprijs en evenwichtshoeveelheid aan
Slide 14 - Quiz
De evenwichtsprijs bereken je door de Qv gelijk te stellen aan Qa. Dus Qv = Qa 1. Bereken de evenwichtsprijs m.b.v. de volgende vraag- en aanbodvergelijking: Qv = -100P + 400 Qa = 200P - 500 2. Bereken vervolgens de evenwichtshoeveelheid
Slide 15 - Open question
De evenwichtsprijs is dus €3 en de evenwichtshoevelheid is 100. Bereken de omzet.
Slide 16 - Open question
De vraaglijn van een primair goed loopt stijler dan die van een luxe goed.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quiz
Vraag naar arbeid
Aanbod van arbeid
Bedrijven
Mensen die willen werken
Slide 18 - Drag question
Leg uit wat solliciteren is en leg uit wat een vacature is.
Slide 19 - Open question
In een fabriek worden per jaar 40.000 knuffels gemaakt. Er werken 200 werknemers. Hoeveel bedraagt de arbeidsproductiviteit?
Slide 20 - Open question
De werknemers werken 46 weken per jaar á 38 uur per week. Hoeveel bedraagt de arbeidsproductiviteit per uur? Uitgaande van de gegevens van de vorige vraag: 40.000 knuffels en 200 werknemers
Slide 21 - Open question
De prijs van peren is gestegen van €3 naar €3,45. De vraag is hierdoor afgenomen van 300kg naar 240kg. Bereken de elasticiteit van de vraag.