Herhalen van woordsoorten (zelfstandig naamwoord, lidwoord, telwoord, verkleinwoord en samenstelling) + het herkennen van enkelvoud en meervoud.

Woordsoorten
  enkelvoud en meervoud 

zelfstandig naamwoord - lidwoord - telwoord - verkleinwoord en samenstelling 

1 / 19
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 6

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Woordsoorten
  enkelvoud en meervoud 

zelfstandig naamwoord - lidwoord - telwoord - verkleinwoord en samenstelling 

Slide 1 - Slide

Welke lidwoorden ken je?

Slide 2 - Mind map

Slide 3 - Slide

Typ één zelfstandig naamwoord.

Slide 4 - Mind map

Slide 5 - Slide

Typ één precies telwoord.

Slide 6 - Mind map

Slide 7 - Slide

Typ een verkleinwoord.

Slide 8 - Mind map

Slide 9 - Slide

Wat is een zelfstandig naamwoord?
A
moeder
B
een
C
vijftig
D
fijn

Slide 10 - Quiz

Wat is een telwoord?
A
de
B
het
C
veel
D
naar

Slide 11 - Quiz

Wat is een lidwoord?
A
mijn
B
de
C
weinig
D
in

Slide 12 - Quiz

Wat is een samenstelling?
A
betekenis
B
persoon
C
telefoon
D
nagellak

Slide 13 - Quiz

Wat is een verkleinwoord?
A
minder
B
weinig
C
oranje
D
boekje

Slide 14 - Quiz

Het is enkelvoud én
geen verkleinwoord.
A
broodje
B
kussen
C
frietjes
D
lakens

Slide 15 - Quiz

Het is enkelvoud én
een verkleinwoord
A
broodje
B
stoel
C
tafeltjes
D
kussens

Slide 16 - Quiz

Hoe noem je het volgende woord:
thee
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
telwoord
D
voegwoord

Slide 17 - Quiz

Hoe noem je het volgende woord:
omdat
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
telwoord
D
voegwoord

Slide 18 - Quiz

Hoe noem je het volgende woord:
laatste
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
telwoord
D
voegwoord

Slide 19 - Quiz