Je kan:
- op basis van bronnen de verschillen in leefomstandigheden, gewoonten en
gebruiken van (afstammelingen van) migranten enerzijds en de autochtone
meerderheid van de bevolking anderzijds verklaren;
- uitleggen welke verschijnselen verband houden met toenemende of
afnemende sociale cohesie;
- aangeven welke gevolgen de Europese integratie volgens verschillende theorieën heeft voorde Nederlandse cultuur en identiteit.