3H 4.3 KRACHT,MASSA EN VERSNELLING

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

4.3

Kracht massa en versnelling

Spoorboekje

• Leerdoelen
• Voorkennis activeren
• Actief bezig met paragraaf 3
• Oefenen
• Zelfstandig werken

Leerdoelen

Leerdoel 7: Ik kan uitleggen wat traagheid inhoudt.

Leerdoel 8: Ik kan de Tweede wet van Newton toepassen.

Leerdoel 9: Ik kan werken met de valversnelling.

Traagheid

Hoe meer massa een object heeft, des te groter de traagheid.

Traagheid geeft aan hoe makkelijk je iets kan versnellen of afremmen. Hoe meer traagheid, hoe meer het object zich verzet tegen snelheidsveranderingen.

De tweede wet van Newton

F = m*a

F is de resulterende kracht in Newton (N)

m is de massa van het voorwerp in kilogram (kg)

a is de versnelling van het voorwerp in m/s

2

F_res  =    resultante kracht    (N)

m       =    massa                           (kg)

a         =    versnelling                 (m/s²)

F​res​​=m⋅a

De remkracht berekenen

Met de formule F = m ∙ a kun je de resultante op een remmend voertuig berekenen. De letter a staat in dit geval voor de remvertraging (de snelheidsafname per seconde). De letter F staat voor de resultante. In dit geval is de resultante de totale remkracht die op het voertuig wordt uitgeoefend.

Een auto heeft een massa van 1300 kg. De remmen moeten voldoende remkracht kunnen leveren voor een remvertraging van minstens 5,2 m/s2 (figuur 4).

Bereken hoe groot de remkracht minstens moet zijn.

Maak opdrachten 1 t/m 7 blz 35,36,37

Wat is de tweede wet van Newton?

1. Fres = m * a
2. a = Δv / Δt
3. Fres = 0
4. F * t = m * v

Waar of niet waar?
De tweede wet van Newton zegt dat de nettokracht en versnelling een omgekeerd evenredig verband vormen.

1. Waar
2. Niet waar

De tweede wet van Newton houdt in:

1. Fres is 0 N als een voorwerp stil staat of met constante snelheid voortbeweegt.
2. Fres is de som van alle krachten die op een voorwerp werken.
3. Fres is gelijk aan de massa maal versnelling van het voorwerp waarop de krachten werken.
4. Op een stilstaand voorwerp werken meerdere krachten die tegengesteld gericht zijn aan elkaar.

Lars en Joey herhalen de meting bij een hogere snelheid en dezelfde remkracht
Welke grafiek is juist?

1. 
2. 
3. 
4. 

Met welke formule bereken je de remkracht?

1. F = m * a
2. F = m * g
3. s = v * t
4. v = a * t

Een auto van 1000kg remt af met een vertraging van 2m/s2. Hoe groot is de remkracht?

1. 2000N
2. 500N
3. 4000N
4. 250N

Spoorboekje

• Leerdoelen
• Voorkennis activeren
• Actief bezig met paragraaf 3
• Oefenen
• Zelfstandig werken

Leerdoelen

Leerdoel 7: Ik kan uitleggen wat traagheid inhoudt.

Leerdoel 8: Ik kan de Tweede wet van Newton toepassen.

Leerdoel 9: Ik kan werken met de valversnelling.