Kwadratische formules

Kwadratische formules
Hoofdstuk 5 
1 / 12
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Kwadratische formules
Hoofdstuk 5 

Slide 1 - Slide

Kwadratische formule
Bij een kwadratische formule is de hoogste macht bij een letter een kwadraat. 
Bovenin zie je drie voorbeelden van kwadratische formules. 
y=3x2+2
y=2x2+6x+2
y=x2+x

Slide 2 - Slide

Een kwadratische formule
Geen kwadratische formule
y=3x+ 2x
y=3x+ 2x-2
y=3x + 2x
y=-3x+ 2x+3
y=x+ 2x+3
y=x
y=8
y=5x+x
y=-x2+x
y=x+3x+2 

Slide 3 - Drag question

De grafiek
De grafiek bij een kwadratisch verband noem je een parabool. 
- Het hoogste / laagste punt is de top. 
- Door de top loopt de symmetrieas, dit is een verticale lijn met de formule x=...
- Wanneer het getal voor de x2 positief is, dan wordt de grafiek een dalparabool.
- Wanneer het getal voor de x2 negatief is, dan wordt de grafiek een bergparabool.


Slide 4 - Slide

ezelbruggetje

Slide 5 - Slide

Bergparabool
Dalparabool
y=-x2+2 x+3
y=x2+2,5
Top: (0;2,5)
Top: (1,4)
symmetrieas: x=1
symmetrieas: x=0

Slide 6 - Drag question

bergparabool
dalparabool
y=-x2
y=0,1x2+50x
y=6x2-7x
y=7-8x2

Slide 7 - Drag question

Formule invullen
Bij het invullen van een kwadratische formule is het belangrijk dat je op de juiste plek haakjes gebruikt. Vooral wanneer je rekent met negatieve getallen. 

x=-1 
x=2



y=x2+2x
y=x2+2x
y=(1)2+21
y=22+22
y=(1)2+21
y=22+22

Slide 8 - Slide

Gegeven is de formule:

Met welke berekening kun je y uitrekenen als x = -2
y=x2+4
A
y=22+4
B
y=(2)2+4
C
y=22+4
D
y=(2)2+4

Slide 9 - Quiz

Gegeven is de formule:

Met welke berekening kun je y uitrekenen als x = -2
y=x2+4
A
y=22+4
B
y=(2)2+4
C
y=22+4
D
y=(2)2+4

Slide 10 - Quiz

Gegeven is de formule:

Met welke berekening kun je y uitrekenen als x = 2
y=x2+4
A
y=22+4
B
y=(2)2+4
C
y=22+4
D
y=(2)2+4

Slide 11 - Quiz

Gegeven is de formule:

Met welke berekening kun je y uitrekenen als x = -8
y=x2+3x
A
y=(8)2+38
B
y=82+3x
C
y=(8)2+38
D
y=82=38

Slide 12 - Quiz