herkennen wanneer multipele allelen betrokken zijn bij de overerving van een eigenschap
herkennen aan de verhouding in de nakomelingen of een letale factor in het spel is bij de overerving
herkennen aan de nakomelingen of er een koppeling van twee eigenschappen is
1 / 37
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4
This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Bas 5 speciale manieren van overerven
Leerdoelen:
herkennen wanneer multipele allelen betrokken zijn bij de overerving van een eigenschap
herkennen aan de verhouding in de nakomelingen of een letale factor in het spel is bij de overerving
herkennen aan de nakomelingen of er een koppeling van twee eigenschappen is
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Leg uit Leg uit of de eigenschap PTC proeven dominant of recessief is.
Slide 3 - Open question
Slide 4 - Slide
Leg uit of de eigenschap PTC proeven X-chromosomaal kan zijn of niet.
Slide 5 - Open question
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Welke bloedgroepen hebben wij mensen?
A
A, B, C, 0
B
AB, 0, A, B
C
0, AB, B, C
D
B, A, AD, 0
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Een man met bloedgroep AB krijgt kinderen met een vrouw met bloedgroep 0. Hoe groot is de kans op een kind met bloedgroep A? En de kans op een kind met bloedgroep 0?
A
A: 0%, O: 0%
B
A: 50%, O: 50%
C
A: 25%, O: 50%
D
A: 50%, O: 0%
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Slide
Letale factoren
Bij sommige erfelijke eigenschappen komen letale factoren voor. Dit betekend dat deze bij homozygote toestand geen levensvatbaar individu opleveren. Dit kan bij homozygoot dominant of bij homozygoot recessief het geval zijn.
Slide 14 - Slide
Kanaries
allel voor kuif (A)
allel geen kuif (a)
allel A heeft een letale factor.
Twee kuifkanaries paren met elkaar, wat verwacht je in de F1 en in welke verhouding?
Slide 15 - Slide
gekoppelde genen
Als je naar de overerving van 2 eigenschappen kijkt
onafhankelijke overerving: op 2 verschillende chromosomenparen
gekoppelde overerving: op hetzelfde chromosomenpaar
Slide 16 - Slide
Bananenvliegjes
Grijze lichaamskleur: G
Zwarte lichaamskleur: g
Normale vleugels: N
Vleugelstompjes: n
homozygoot grijs vrouwtje met normale vleugels x zwart mannetje met stompjes.
vrouwtje in F1 gekruist met zwart mannetje met stompjes
Slide 17 - Slide
Speciale manieren overerving
AA,Aa,aa = gewone overerving
ArAr, ArAw, AwAw= Intermediair
XAXaY= x-chromosomaal
IA,IB,i= Multipele allelen (bloedgroep)
letale factor=homozygoot (dominant of recessief) niet levensvatbaar
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
2 keer de lethale factor = niet levensvatbaar
1 keer de lethale factor = drager
Slide 20 - Slide
Want een kanarie met een kuif moet een K hebben, twee K (KK) betekent 2x de lethale factor.
Slide 21 - Slide
Kan een kind met bloedgroep B van een ouderpaar met bloedgroep A en B zijn?
A
Ja
B
Nee
Slide 22 - Quiz
Een man met bloedroep A en een vrouw met bloedgroep A krijgen een kind. Welke bloedgroepen kan het kind hebben?
A
A
B
B
C
AB
D
O
Slide 23 - Quiz
Teken het kruisingsschema tussen een man met bloedgroep O en een vrouw met bloedgroep AB.
Slide 24 - Open question
Slide 25 - Slide
Letale allelen
Bij twee dominante allelen sterfte in een vroeg embryonaal stadium.
Bijv. bij manx katten wordt het ontbreken van de staart veroorzaakt door een dominant allel, wat letaal is als er twee van aanwezig zijn.