Examen - havo 5

Examentraining '23-'24
Havo 5
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 22 slides, with text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Examentraining '23-'24
Havo 5

Slide 1 - Slide

Nieuwe vragen
• Er is meer diversiteit in wat leerlingen lezen. Zo is er meer variatie in het aantal bronnen per vraag, in de kwaliteit van bronnen en in het soort bronnen.

 
• Door het gebruik van scenario’s (bijvoorbeeld een situatieschets waarin leerlingen moeten debatteren) zijn authentieke en herkenbare leescontexten gecreëerd. Dat maakt het mogelijk om de argumentatie op een meer functionele manier te bevragen.


Slide 2 - Slide

• Het analyseren en evalueren van de stilistisch-retorische dimensie van een tekst is een belangrijk onderdeel van tekstbegrip. Daarom zijn er ook vragen opgenomen over figuurlijk taalgebruik en framing.
  • Bij sorteer- en synthesetaken moeten leerlingen teksten op een grondige manier verwerken. Met dit soort taken kan dus diep tekstbegrip worden getoetst.
  • Er zijn nu ook vragen over de bruikbaarheid en betrouwbaarheid van teksten, aan de hand van een bepaald scenario. Deze focus op kritisch lezen past goed bij de grotere aandacht voor de informatievaardigheden en digitale geletterdheid van leerlingen.

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
1 het combineren van verschillende bronnen
2 functionele bevraging van argumentatie
3 figuurlijk taalgebruik
4 framing
5 synthesetaken
6 sorteertaken
7 bruikbaarheid en betrouwbaarheid van teksten


Slide 4 - Slide

Examen 2019 ||, tekst 1, blz. 105
- Introductie van het onderwerp
- Drogredenen
- Opvatting van de auteur
- Aantonen, beargumenteren, demonstreren, laten zien
- Hoofdgedachte van de tekst

Slide 5 - Slide

Analyseren & interpreteren (blz. 327)
Analyseren: herkennen van de opbouw/structuur van een tekst
Interpreteren: vaststellen van de betekenis van de tekst

Gaat de vraag over de hele tekst of over een deel van de tekst?
Maken + bespreken: opdracht 1 (blz. 327)

Slide 6 - Slide

Citeren
  • Letterlijk uit de tekst overnemen
  • 'Eerste twee woorden ... laatste twee woorden' + regelnummer(s)

  • Lees goed wat je moet citeren:
  1. Tekstfragment: tekstdeel is groter dan één zin
  2. Zin: hele zin van hoofdletter tot punt!
  3. Woord: schrijf (tenzij anders aangegeven) maar één woord op
  4. Zinsgedeelte/zinssnede: stuk van een zin citeren, bij de hele zin krijg je geen punten
  5. Woordgroep: (klein) aantal bij elkaar horende woorden noteren (vaak vormen ze samen een zinsdeel).

Slide 7 - Slide

Opdracht 3
- Lees de tekst op blz. 329
- Zie je woorden die je niet kent?
- Kun je uit de tekst opmaken wat de schrijver vindt van de positie van dieren(rechten) in onze maatschappij?

- Beantwoord vraag 1
- Beantwoord vraag 2

Slide 8 - Slide

Opdracht 5
- Lees de tekst op blz. 329
- Iets in je eigen woorden uitleggen/zeggen
     * Lees de vraag goed; wat willen ze voor antwoord horen?
     * Let op het aantal woorden dat je mag gebruiken
     * Maak een complete zin, zonder spelfouten
     * Kan je 2 punten halen voor een open vraag? Dan moet je waarschijnlijk ook 2 punten benoemen!

Slide 9 - Slide

Opdracht 6
- Lees de tekst op blz. 331
- Iets in je eigen woorden uitleggen/zeggen
 

     * Kan je 2 punten halen voor een open vraag? Dan moet je waarschijnlijk ook 2 punten benoemen!

Slide 10 - Slide

Opdracht 7
- Lees de tekst op blz. 332
- Iets in je eigen woorden uitleggen/zeggen
 

     * Kan je 2 punten halen voor een open vraag? Dan moet je waarschijnlijk ook 2 punten benoemen!

Slide 11 - Slide

Functie van een tekstgedeelte
Blz. 334-335


Maken: opdracht 10 t/m 14

Slide 12 - Slide

Moderne ruilhandel
Blz. 272
- Markeer moeilijke woorden + belangrijke zinnen
- Bepaal het onderwerp
- Gaat het om feiten en/of meningen?

Slide 13 - Slide

Argumenteren (blz. 343)
1. Een betoog analyseren
2. Een betoog beoordelen

Slide 14 - Slide

Een betoog analyseren (blz. 343)

- Standpunten en argumenten herkennen
- Feitelijke en waarderende argumenten onderscheiden
- Argumentatiestructuren: enkelvoudig, onderschikkend, nevenschikkend
- Argumentatieschema's bepalen

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

Een betoog beoordelen (blz. 343-344)
- Gebruik van drogredenen
- Overtreding discussieregels
- Betoog beoordelen op aanvaardbaarheid

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Opdrachten (blz. 344-350)

Maken: opdracht 1 t/m 6 

* Maak gebruik van de filmpjes als je onderdelen niet goed begrijpt!

Slide 22 - Slide