figuurlijk en letterlijk

Mijn vriendin heeft een hart van goud.
A
letterlijk
B
figuurlijk
1 / 11
next
Slide 1: Quiz
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Mijn vriendin heeft een hart van goud.
A
letterlijk
B
figuurlijk

Slide 1 - Quiz

Mijn tante keek haar ogen uit.
A
letterlijk
B
figuurlijk

Slide 2 - Quiz

Welke zin is letterlijk?
A
Ik heb er een hard hoofd in.
B
Mijn hoofd is erg hard.
C
Mijn hoofd is van steen.

Slide 3 - Quiz

Is het letterlijk of figuurlijk?
het meisje leest een boek met een hond naast haar!
A
figuurlijk
B
letterlijk

Slide 4 - Quiz

Ik pak een snoepje uit de pot.
A
figuurlijk
B
letterlijk

Slide 5 - Quiz

De overvaller heeft een zwart hart.
A
figuurlijk
B
letterlijk

Slide 6 - Quiz

Welke zin is figuurlijk?
A
Ik heb er een hard hoofd in.
B
Mijn hoofd is erg hard.
C
Mijn hoofd is van steen.

Slide 7 - Quiz

Wat is figuurlijk taalgebruik?
A
gwn kip met rijst
B
een spreekwoord
C
een uitdrukking en een spreekwoord
D
een uitdrukking

Slide 8 - Quiz

Wat is een synoniem voor variabel?
A
veranderlijk
B
anders

Slide 9 - Quiz

Wat zijn synoniemen?
A
verschillende woorden met dezelfde betekenis
B
sympathieke woorden
C
één woord dat twee betekenissen heeft
D
woorden die je twee keer gebruikt

Slide 10 - Quiz

Wat is een synoniem voor accessoire?
A
sieraad
B
accu
C
detail
D
versiersel

Slide 11 - Quiz