Les 1 H4

• Bedrijfseconomie
• MBO
• Studiejaar 1

Les 1 H4

Waar denk je aan bij het woord 'Vreemde valuta'?

2. Maak de volgende zin af:
'Vreemde valuta zijn ....'

'Ieder land heeft zijn muntsoort. Vreemde valuta zijn andere munteenheden dan die in het eigen land in omloop zijn'

3. Wanneer gebruik je de koerslijsten voor girale noteringen?

1. Bij alle girale betalingen en ontvangsten
2. Bij alle betalingen en ontvangsten buiten Europa
3. Bij alle betalingen en ontvangsten binnen Europa buiten de eurozone
4. Bij alle girale betalingen en ontvangsten buiten de eurozone

4. Wat is de officiële wisselkoers die op de internationale valutamarkt tot stand komt?

1. Aankoopkoers
2. Middenkoers
3. Verkoopkoers

Geef de juiste omschrijving bij het juiste begrip 

Aankoopkoers

Middenkoers

Verkoopkoers

Is de koers die aangeeft wat een munt kost

Is de koers die aangeeft wat een munt opbrengt

Is de officiële wisselkoers

6. Wat is de functie van de middenkoers?

'Ter oriëntatie om vooraf een schatting te maken van het bedrag dat je gaat betalen of ontvangen bij een internationale girale betaling of ontvangst'

8. Geef een reden waardoor banken winst maken bij het omwisselen van valuta

1. De verkoopprijzen zijn hoger dan de aankoopprijzen

2. Banken brengen transactiekosten in rekening

11.
'Bij internationale handel loopt een onderneming ... doordat wisselkoersen dagelijks kunnen wijzigen