My best friend called when I was doing my homework last night. In welke tijd staat deze zin?
A
Present tense (tegenwoordige tijd)
B
Future (toekomende tijd)
C
Past tense (verleden tijd)
1 / 13
next
Slide 1: Quiz
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
My best friend called when I was doing my homework last night. In welke tijd staat deze zin?
A
Present tense (tegenwoordige tijd)
B
Future (toekomende tijd)
C
Past tense (verleden tijd)
Slide 1 - Quiz
Last night, a minute ago, two years ago etc. Zijn signaalwoorden van welke tijd?
A
Present tense (tegenwoordige tijd)
B
Past tense (verleden tijd)
Slide 2 - Quiz
PAST TENSE
Als iets is gebeurd en is afgelopen in de verleden tijd gebruiken we in het Engels --> de Past Simple (in de zin staat er vaak een verledentijdsaanduiding zoals; last year, two weeks ago etc). Als iets een tijdje in de verleden tijd bezig was gebruik je --> de Past Continuous
Slide 3 - Slide
EXAMPLE 1
She was kissing him when her boyfriend saw them.
Wat zijn de werkwoorden in deze zin?
Wat was bezig?
Wat gebeurde er toen?
Wat is van lange duur/wat is van korte duur?
Slide 4 - Slide
EXAMPLE 2
The teacher caught him when he was talking on the phone in class.
Wat zijn de werkwoorden in deze zin?
Wat was bezig?
Wat gebeurde er toen?
Wat is van lange duur/wat is van korte duur?
Slide 5 - Slide
Verschil Past Simple/Past Continuous
I was doing my homework…. Als iets van lange duur is (een tijdje bezig was in de VT) --> PAST CONTINUOUS ....when my best friend called me Als iets van korte duur was (iets anders onderbrak in de VT) --> PAST SIMPLE
Slide 6 - Slide
Hoe maak je de past simple?
regelmatige werkwoorden --> stam+ed
onregelmatige werkwoorden --> 2e rijtje van de onregelmatige werkwoorden lijst
Slide 7 - Slide
Hoe maak je de Past continuous?
was of were + stam + ing (I, he, she, it --> was) (you, we, they --> were)
Slide 8 - Slide
STAPPENPLAN
1. Is het een actie wat een tijdje bezig was in de verleden tijd? Zo ja--> Past Continuous (was/were+stam + ing)
2. Is het een actie wat een andere actie onderbrak? Of is het een actie van korte duur? --> Past Simple (stam+ed of 2e rijtje vd irregular verbs)
Slide 9 - Slide
ASSIGNMENT
+-10/15 min Write 8-10 sentences in Dutch on a paper about things that happened in the past. Then give your paper to your neighbour he/she needs to translate these sentences to English (use the Past simple & the Past continuous)
Slide 10 - Slide
ASSIGNMENT CHECK
Kijk elkaars Engelse zinnen na: - Onderstreep alle werkwoorden
- Heeft je buurman/buurvrouw the Past Simple gebruikt? (stam + ed of 2e rijtje vd Onregelmatige werkwoorden)
- Heeft hij/zij de Past Continuous gebruikt? (was of were + stam + ing)