Hoofdstuk 7 Beleggen

Call Optie: Recht om te kopen tegen uitoefenprijs
Als de koers van het aandeel > uitoefenprijs
maakt de koper
A
Winst
B
Verlies
1 / 12
next
Slide 1: Quiz
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Call Optie: Recht om te kopen tegen uitoefenprijs
Als de koers van het aandeel > uitoefenprijs
maakt de koper
A
Winst
B
Verlies

Slide 1 - Quiz

Call Optie: Recht om te kopen tegen uitoefenprijs
Als de koers van het aandeel > uitoefenprijs
maakt de koper
De koper van de call optie kan het aandeel nu voor een lagere prijs kopen en duurder verkopen
Dus hij maakt winst 

Slide 2 - Slide

Call Optie: Recht om te kopen tegen uitoefenprijs
Als de koers van het aandeel = uitoefenprijs
maakt de koper
A
Winst
B
Verlies

Slide 3 - Quiz

Call Optie: Recht om te kopen tegen uitoefenprijs
Als de koers van het aandeel = uitoefenprijs
maakt de koper
De koper van de call optie kan het aandeel nu voor dezelfde prijs kopen als de afgesproken prijs. Hij schiet er dus niets mee op
Dus hij maakt verlies, de kosten van de optiepremie

Slide 4 - Slide

Call Optie: Recht om te kopen tegen uitoefenprijs
Als de koers van het aandeel < uitoefenprijs
maakt de koper
A
Winst
B
Verlies

Slide 5 - Quiz

Call Optie: Recht om te kopen tegen uitoefenprijs
Als de koers van het aandeel < uitoefenprijs
maakt de koper
De koper van de call optie kan het aandeel nu voor een lagere prijs kopen dan de afgesproken prijs. Hij schiet er dus niets mee op
Dus hij maakt verlies, de kosten van de optiepremie

Slide 6 - Slide

Put optie: recht om te verkopen tegen uitoefenprijs.
Als de koers van het aandeel > uitoefenprijs dan maakt de schrijver

A
Winst
B
Verlies

Slide 7 - Quiz

Put optie: recht om te verkopen tegen uitoefenprijs.
Als de koers van het aandeel > uitoefenprijs dan maakt de schrijver 
Winst. 
hij zou het aandeel mogen kopen tegen een lagere prijs dan de marktprijs. Dat gaat zeer waarschijnlijk niet gebeuren, dus hij verdient aan de optiepremie 

Slide 8 - Slide

Put optie: recht om te verkopen tegen uitoefenprijs.
Als de koers van het aandeel = uitoefenprijs dan maakt de schrijver

A
Winst
B
Verlies

Slide 9 - Quiz

Put optie: recht om te verkopen tegen uitoefenprijs.
Als de koers van het aandeel = uitoefenprijs dan maakt de schrijver 
Winst. 
hij zou het aandeel mogen kopen tegen dezelfde prijs dan de marktprijs. Dat gaat zeer waarschijnlijk niet gebeuren, dus hij verdient aan de optiepremie 

Slide 10 - Slide

Put optie: recht om te verkopen tegen uitoefenprijs.
Als de koers van het aandeel < uitoefenprijs dan maakt de schrijver

A
Winst
B
Verlies

Slide 11 - Quiz

Put optie: recht om te verkopen tegen uitoefenprijs.
Als de koers van het aandeel < uitoefenprijs dan maakt de schrijver 
verlies. 
Hij moet het aandeel kopen tegen en hogere prijs dan dat er op de markt voor betaald wordt. Hij maakt dus verlies 

Slide 12 - Slide