This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Begintaak
Pak je rekenmachine
Je krijgt 3 vragen
Wie heeft ze alledrie goed?
Slide 1 - Slide
Wat is de formule voor efficiency resultaat?
A
(Sh-Wh) x Wp
B
(Sp-Wh) x Wp
C
(Sh-Wp) x Sp
D
(Sh-Wh) x Sp
Slide 2 - Quiz
Bij een productie van 15.000 stuks zijn de totale kosten € 48.000. Bij een productie van 10.000 stuks zijn de totale kosten € 38.000. De normale productie is 12.000 stuks; de begrote productie is 13.000 stuks. Bereken de standaard kostprijs
toename productie 15.000-10.000 = 5.000
Toename kosten 48.000-38.000 = 10.000
Dus V/W = 10.000/5.000 = 2 per product variabel
Totaal 48.000 - 2 x 15.000 = 18.000 dus C/N = 18.000/12.000 = 1,50
Totaal 2 + 1,50 = 3,50
A
€ 3,20
B
€ 3,50
C
€ 3,40
D
€ 3,80
Slide 3 - Quiz
Wat is de formule voor Prijs resultaat?
A
(Sp-Wp) x Sh
B
(Sp-Wp) x Wh
C
(Sp-Wh) x Wp
D
(Sh-Wh) x Sp
Slide 4 - Quiz
4.4 Kostprijs - Les 6
NACALCULATIE
Bezettingsresultaat
Verschillenanalyse
Slide 5 - Slide
Lesdoelen
Je kunt het prijsresultaat en bezettingsresultaat op constante kosten berekenen.
Je kunt het gerealiseerde bedrijfsresultaat op twee manieren berekenen (werkelijke omzet minus werkelijke kosten, som van deelresultaten).
Je kunt het verschil tussen het verwachte en het gerealiseerde bedrijfsresultaat berekenen en verklaren met behulp van een verschillenanalyse.
Je kunt het verschil tussen het verwachte verkoopresultaat en het gerealiseerde verkoopresultaat uitsplitsen in twee oorzaken (hogere/lagere afzet en hogere/lagere verkoopprijs dan verwacht).
Slide 6 - Slide
Programma
Huiswerk
Terugblik
Bezettingsresultaat\Volledige calculatie
Maken 4.48 Werkelijk bezettingsresultaat, 4.50 De volledige voor- en nacalculatie
Slide 7 - Slide
Huiswerk
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Integrale kostprijs formule
Integrale kostprijs =
______________________
______________________
+
Constante kosten
Normale productie
Variabel kosten
Verwachte productie
Slide 11 - Drag question
Slide 12 - Slide
Het budgetresultaat op variabele kosten bestaat uit
De verwachte grondstofkosten van product A zijn 2 kg x € 3,- per kg = € 6 per product. In 2021 worden er 100 producten A verkocht. Hiervoor is 210 kg gebruikt en de totale kosten hiervan bedroegen € 580. Hoeveel bedraagt het prijsresultaat (zonder plus- of €-teken)?
210 x 3 = 630
630 - 580 = 50
Slide 16 - Open question
Efficiencyresultaat = (sh-wh) x sp
Sh = 0,5 x 1.250 = 625 wh = 633 sp = € 80,-
(625 – 633) x € 80,- = - € 640,-
Slide 17 - Open question
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Maken 4.48 Werkelijk bezettingsresultaat
timer
15:00
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Slide
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Slide
Slide 32 - Slide
Slide 33 - Slide
Wat is de formule van het werkelijk bezettingsresultaat?