spelling blok 6 week 3 ;les 1

• Spelling
• Basisschool
• Groep 8

Is het verleden tijd (v.t.) of voltooide tijd (volt.)
Ik heb haar in het café ontmoet.

Is het verleden tijd (v.t.) of voltooide tijd (volt.)
Hij omhelsde haar toen meteen.

Is het verleden tijd (v.t.) of voltooide tijd (volt.)
De juf heeft het woord vaak herhaald.

Is het verleden tijd (v.t.) of voltooide tijd (volt.)
Hij onderschatte het werk dat hij uiteindelijk goed heeft gemaakt.

Maak zelf een zin in de verleden tijd.

Zet je zin van de v.t. in de voltooide tijd.

Meervoud

Typ het meervoud van:
krokus

Typ het meervoud van
olie

Typ het meervoud van
categorie

Typ het meervoud van
obsessie

Typ het meervoud van
abces