This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 80 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Werkwoord
Geen werkwoord
ser
estar
hola
hablar
hacer
gracias
casa
tener
día
sí
escribir
leer
adios
ir
comer
familia
amigo
vivir
escuela
libro
Slide 7 - Drag question
Slide 8 - Slide
Vocabulario: biografías
Slide 9 - Mind map
Vocabulario importante > zelfstandig naamwoorden
Spaans
Nederlands
Nacimiento
Geboorte
Muerte
overlijden
Descubrimiento
ontdekking
Infancia
jeugd
Logro
prestatie
Educación
opleiding
Slide 10 - Slide
Vocabulario importante > werkwoorden
Spaans
Nederlands
Nacer
geboren worden
Crecer
opgroeien
descubrir
ontdekken
casarse
trouwen
morir
sterven
lograr
bereiken/presteren
Slide 11 - Slide
Wat valt je op?
Nacimiento - nacer
Muerte - morir
descubrimiento - descubrir
logro - lograr
Slide 12 - Slide
Zelfstandig naamwoord
werkwoord
transformación
publicar
publicación
creación
crear
Iniciar
Inicio
transformar
Slide 13 - Drag question
Werkwoordstijden
Slide 14 - Slide
Welke werkwoord tijden hebben wij tot nu toe behandeld?
Slide 15 - Mind map
Slide 16 - Slide
Tegenwoordige tijd
gebiedende wijs
Toekomende tijd
Yo estudio español
Yo voy a estudiar español
Tú lees un libro.
Tú vas a leer un libro
¡lee un libro!
Él trabaja en un supermercado
Él va a trabajar en un supermercado
yo escucho música
Yo voy a escuchar música
Slide 17 - Drag question
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Beantwoord: 1. schrijf één ding op die je meeneemt uit deze les. 2. Schrijf één tip op voor de les van volgende week. 3. Schrijf één ding op dat nog onduidelijk is.