Extra oefenen reactievergelijkingen

Extra oefenen reactievergelijkingen
1 / 18
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Extra oefenen reactievergelijkingen

Slide 1 - Slide

Extra oefenen
We oefenen vandaag de hele les aan het opstellen en kloppend maken van reactievergelijkingen.

Bijbehorende leerdoelen:
  • Je kunt uit een beschrijving van een chemische reactie een reactievergelijking opstellen.
  • Je kunt een reactievergelijking kloppend maken.

Slide 2 - Slide

Er zijn verschillende manieren waarop je kan oefenen met reactievergelijkingen opstellen en kloppend maken. Wat ga je doen?
A
Op een oefenstencil oefenen met opstellen en kloppend maken. (zie dia 4)
B
Op internet oefenen met kloppend maken, dankzij een site die extra hulpmiddelen heeft. (zie dia 5)
C
Op internet uitlegvideo's kijken over opstellen en kloppend maken. (zie dia's 6 en 7)
D
Nog een keer luisteren naar de uitleg, want ik begrijp het nog niet helemaal. (zie dia's 8+)

Slide 3 - Quiz

Oefenstencils
Voorin het lokaal liggen oefenstencils, voor zowel reactievergelijkingen opstellen, als kloppend maken.

Tevens liggen de antwoordenbladen er ook bij.

Slide 4 - Slide

Op internet oefenen
Online staat er een simulatie waarmee je kloppend maken kan oefenen, deze helpen je extra door het gebruik van plaatjes:

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

Reactievergelijking
Reactieschema = in woorden wat er gebeurt tijdens een reactie
Reactievergelijking = in molecuulformules wat er gebeurt tijdens een reactie.

Voorbeeld:
De vorming van water (H2O) uit waterstof (H2)en zuurstof (O2)

Reactieschema: waterstof (g) + zuurstof (g) → water (l)
Reactievergelijking: H₂ (g) + O₂ (g) → H₂O (l)


Slide 8 - Slide

Stappenplan reactievergelijking
1: Lees de vraag en onderstreep alle stoffen en molecuulformules;
Waterstof en stikstof vormen samen ammoniak, geef de reactievergelijking inclusief de toestandsaanduidingen.

2: Noteer de beginstoffen en reactieproducten:
Beginstoffen: waterstof en stikstof
Reactieproducten: ammoniak

3: Zet een reactieschema op;
waterstof(g) + stikstof(g) → ammoniak (g)

Slide 9 - Slide

Reactievergelijking
3: Zet een reactieschema op;
waterstof(g) + stikstof(g) → ammoniak (g)

4: Vervang de woorden door formules;
waterstof = H₂
stikstof = N₂
ammoniak = NH₃
H₂(g) + N₂(g) → NH₃(g)


Slide 10 - Slide

Gas dat in je huis wordt gebruikt om vuur te maken bestaat grotendeels uit methaan (CH₄). Als je methaan gaat verbranden door middel van zuurstof (O₂), ontstaat er koolstofdioxide (CO₂) en water (H₂O).

methaan (g) + zuurstof (g) → koolstofdioxide (g) + water (l)

Geef nu de reactievergelijking voor de verbranding van methaan.

Slide 11 - Open question

Kloppend maken
Stap 4: Maak de reactievergelijking kloppend!
  • Atomen verdwijnen nooit in een reactie, ze veranderen ook niet in andere atomen.
  • Na de pijl net zoveel atomen als voor de pijl.
  • Je mag moleculen niet veranderen.

H₂(g) + N₂(g) → NH₃(g)                      (Niet kloppend)

H₂(g) + N₂(g) → N₂H₂(g)                    (Kloppend, maar mag niet)

3 H₂(g) + N₂(g) → 2 NH₃(g)              (Kloppend)

Slide 12 - Slide

Coëfficiënt
3 H₂(g) + N₂(g) → 2 NH₃(g)

  • De getallen die voor moleculen komen te staan noemen we coëfficiënten.
  • Deze coëfficiënten geven aan hoeveel moleculen er in een reactie zitten.

Slide 13 - Slide

Stappenplan kloppend maken
1: Check hoeveel van elk atoom er aan beide kanten van de pijl staat;
… C₄H₈ + … O₂ → … CO₂ + … H₂O

2: Kies een atoomsoort uit die aan beide kanten van de pijl maar in 1 molecuul voorkomt (hier dus C of H), en maak die kloppend;
1 C₄H₈ + … O₂ → 4 CO₂ + … H₂O

3: Maak nu H kloppend;
1 C₄H₈ + … O₂ → 4 CO₂ + 4 H₂O

Slide 14 - Slide

Stappenplan kloppend maken
4: Maak tenslotte O kloppend;
1 C₄H₈ + 6 O₂ → 4 CO₂ + 4 H₂O

1'en laten we altijd weg!!! Want we zijn lui
C₄H₈ + 6 O₂ → 4 CO₂ + 4 H₂O

Slide 15 - Slide

Maak de reactievergelijking kloppend voor de volgende reactievergelijking
...Mn₂O₇ → ...MnO₂ + ...O₂

Slide 16 - Open question

Antwoord
1. Maak de reactievergelijking kloppend voor de volgende reactievergelijking:
...Mn₂O₇ → ...MnO₂ + ...O₂

1 Mn₂O₇ → 2 MnO₂ + 1,5 O₂
x2
2 Mn₂O₇ → 4 MnO₂ + 3 O₂

Bij komma getallen altijd alles keer 2 doen!!!

Slide 17 - Slide

Welke leerdoelen beheers je nu?
Deze leerdoelen beheers ik nu al
Deze leerdoelen beheers ik nog niet. Dus ga ik hier nog mee verder oefenen/lezen. Anders vraag ik hulp aan de docent.
Je kunt uit een beschrijving van een chemische reactie een reactievergelijking opstellen.
Je kunt een reactievergelijking kloppend maken.

Slide 18 - Drag question