Kapitel 2 SO voorbereiding

Guten Tag
1 / 12
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Guten Tag

Slide 1 - Slide

Was werden wir heute machen?
- Wiederholung SO

Slide 2 - Slide

Sleep het werkwoord  naar het juiste voltooid deelwoord
studiert
gestudiert
gehören
gehört
geversorgt
versorgt
geredt
geredet
gearbeitet
gearbeit
besucht
gebesucht
hören
reden
arbeiten
studieren
besuchen
versorgen

Slide 3 - Drag question

Onregelmatige werkwoorden:  haben + sein

ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
bin
bist
ist
sind
seid
sind
sein
sein

Slide 4 - Drag question

Onregelmatige werkwoorden:  haben + sein

ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
habe
haben
hast
habst
haben
habt
habet
hat

Slide 5 - Drag question

Kloktijden
Um halb drei
Um Viertel vor vier
Um Viertel nach neun
Um fünf vor eins
Um zehn nach zwölf
Es ist dreizehn Uhr vierzig
Om half drie
Om kwart voor vier
Om kwart over negen
Om vijf voor één
Om tien over twaalf
Het is dertien uur veertig

Slide 6 - Drag question

Zoek de juiste vraagwoorden bij elkaar!
hoe?
waar?
waarvandaan?
wat?
wie?
wanneer?
wann?
woher?
wie?
wo?
Was?
wer?

Slide 7 - Drag question

onderwerp
1e naamval





lijdend vw
4e naamval





Selecteer de persoonlijke voornaamworden naar onderwerp =1e naamval    // lijdend vw = 4e naamval
ich
du
er
sie
es
wir
ihr
sie mv
Sie
uns
mich
dich
ihn
euch
Sie

Slide 8 - Drag question

Voorzetsels met de 4e naamval
Geen voorzetsel met de 4e naamval
durch
mit
aus
für
gegen
nach
ohne
von
um
zu

Slide 9 - Drag question

Verbind de bepaalde lidwoorden met het juiste geslacht

Mannelijk

Vrouwelijk

Onzijdig

der
die
das

Slide 10 - Drag question

Sleep de juiste uitleg naar het juiste geslacht
Mannelijk (der)
Vrouwelijk (die)
Onzijdig (das)
Persoon of dier (m)
Weekdagen
Maanden
Persoon of dier (v)
Eindigt op -heit, -keit
Eindigt op -ion, -ung
Eindigt op -chen
Eindigt op -schaft
Eindigt op -e (80%)
'het' woord in NL (80%)

Slide 11 - Drag question

Wat moet ik leren?
- Wörter Lektion 1tm5
- Grammatik A, B, C, D, E

Slide 12 - Slide