Les 3: Neus Maag sonde

NEUS-MAAGSONDE INBRENGEN
1 / 38
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

NEUS-MAAGSONDE INBRENGEN

Slide 1 - Slide

De neus-maagsonde wordt door de neus, via de keel en slokdarm, in de maag geschoven.

Een maagsonde of een maagkatheter is een dunne flexibele slang waarmee toegang tot de maag verkregen kan worden. 

Door deze slang kunnen vloeistoffen toegediend en maagvloeistof afgevoerd worden.

Slide 2 - Slide

De dikte en lengte van de katheter is afhankelijk van de grootte van de zorgvrager en van wat er door de sonde heen moet.
De dikte wordt uitgedrukt in Charrière, Ch 1 is 1/3 mm. 
Ch 10 wordt bij volwassenen veel gebruikt.

Het gebruik van een voerder of voerdraad vergemakkelijkt het inbrengen van de sonde. De voerder wordt na gebruik verwijderd!
 

Slide 3 - Slide

Maagsondes zijn gemaakt van:

- Polyvinylchloride (PVC) sonde: voor verblijf korter dan een week
PVC is een stug materiaal. PVC is soepeler gemaakt door er een weekmaker aan toe te voegen. Maagzuur lost deze weekmaker in 7 tot 10 dagen op. De PVC-sonde wordt dan hard. Dit kan leiden tot perforatie van het maagslijmvlies. 
Een PVC-sonde is daarom alleen geschikt voor kortdurend of eenmalig gebruik. Een PVC-sonde wordt meestal zonder voerdraad ingebracht.
- Poly-Urethaan (PUR) sonde: voor een verblijfsduur tot 6 weken
PUR is een soepel, glad en sterk materiaal. Het maagzuur heeft hier geen invloed op. Door de aard van het materiaal is de wand van de sonde heel dun. De verhouding externe diameter / interne diameter is optimaal. De PUR-sonde wordt meestal met een voerdraad ingebracht.
- Silicone sonde: voor een verblijfsduur tot 6 weken
Siliconen is een zeer soepel maar zwak materiaal. Een siliconen sonde kan niet zonder voerdraad ingebracht worden. 
De wand van de sonde is in vergelijking met sondes van andere materialen vrij dik. Een siliconen sonde wordt over het algemeen goed verdragen.
- voordeel van PUR-sonde ten opzichte van andere sondes
Het voordeel van een Pur sonde vergeleken met een siliconen sonde is dat de sonde minder snel op krult. Ook plakt de PUR sonde minder (aan bijvoorbeeld uitzuigkatheters) en er is minder interactie van het materiaal met medicijnen.
Het voordeel van een PUR sonde vergeleken met een PVC sonde is dat het materiaal niet verhardt. Hierdoor is er minder kans op perforatie. Daarnaast zitten er geen weekmakers in die met gezondheidsklachten worden geassocieerd.

Slide 4 - Slide

Een maagsonde wordt gebruikt voor:

- het toedienen van sondevoeding
- het toedienen van medicijnen of contrastvloeistof
- het hevelen of afzuigen van maagsappen
- het spoelen van de maag bij een vergiftiging




Risico’s bij het inbrengen zijn:
- zorgvrager moet braken
- beschadiging van het slijmvlies van de slokdarm of maag
- de maagsonde komt in de longen (maagsappen of vloeistof in de longen > longontsteking) 
















Slide 5 - Slide

indicatie voor plaatsen van een neus-maagsonde:

Voor het inbrengen van een neus-maagsonde kan een aantal redenen bestaan:
  1. voeding, vocht en/of geneesmiddelen toedienen;
  2. het maag-darmkanaal spoelen na inname van giftige stoffen, zoals medicijnen of landbouwgif;
  3. de maagretentie bepalen;
  4. diagnostisch onderzoek verrichten;
  5. overtollig vocht uit de maag verwijderen bij een ileus om braken te voorkomen, door middel van een afhangende maagsonde. 

contra-indicatie voor het inbrengen van een neus-maagsonde:

In een aantal situaties mag je geen neus-maagsonde inbrengen of mag alleen een arts deze inbrengen. Wees voorzichtig:
  1. als er een obstructie in de neus, keel, slokdarm of maag is;
  2. wanneer de slikfunctie ontbreekt;
  3. bij aandoeningen in de slokdarm: tumor, varices, chirurgie;
  4. bij aandoeningen in het aangezicht: trauma;
  5. bij een schedelbasisfractuur.

Slide 6 - Slide

Zorgvuldigheid:

Bepaal met de zorgvrager het juiste neusgat door de neus te laten snuiten en te kijken/luisteren welk neusgat het best doorgankelijk is.
Bij langdurig gebruik kunnen drukplekjes op de neusgaten ontstaan; wissel het neusgat af.
Meet de lengte van de sonde secuur af. Het verzekert je ervan dat de sonde echt in de maag terecht komt. Markeer dit met stift of pleister.
Als de zorgvrager erg hoest en benauwd is, zit de sonde eerder in de longen dan in de maag.
Indien de zorgvrager niet benauwd is maar ook niet kan praten, zit de sonde waarschijnlijk al voorbij de stembanden, in de luchtpijp.
Trek de sonde terug, laat de zorgvrager bijkomen. Vraag anders een meer deskundige collega om het over te nemen.
De sonde kan krullen in de keel. 
De sonde kan dan te soepel of te stug zijn. Een te stugge sonde wordt in warm water flexibeler en een te soepele sonde wordt stugger in ijskoud water.
Als patiënten alleen 's nachts sondevoeding toegediend krijgen, moet de sonde overdag geregeld doorgespoeld worden, om dichtslibben te voorkomen.
 













Slide 7 - Slide

bepaal de lengte van de sonde:

  • Meet bij de cliënt met de sonde de afstand vanaf de punt van de neus naar de oorlel tot aan het uiteinde borstbeen.
  • Tel hier 10 cm bij op (NEX + 10 methode). NEX staat voor Nose-Ear-Xyphoïd
  • Noteer de lengte van de sonde met maatverdeling. Of markeer de sonde op de afgemeten lengte met een stukje pleister als geen maatverdeling aanwezig is.
controleer of de sonde in de maag ligt met de PH-strip:

  • Zuig 5-10 ml lucht in de 50 ml spuit en plaats de spuit op de sonde.
  • Spuit de lucht door de sonde. De sonde komt nu los van de maagwand te liggen.
  • Zuig met de spuit voorzichtig enkele druppels maagsap uit de sonde op.
  • Klem de sonde af.
  • Bepaal de pH-waarde met behulp van de pH-indicator. Bij pH-waarde kleiner dan of gelijk aan 5.5 ligt de sonde met grote waarschijnlijkheid in de maag.
  • Bij afwijkende bevindingen en/of pH-waarde groter dan 5.5: geen voeding of medicijnen toedienen. Overleg met de arts. Doe zo nodig de limonadetest of verwijder de sonde en breng deze opnieuw in en controleer de ligging.

Slide 8 - Slide

controleer opnieuw wanneer geen maagsap wordt opgezogen:

  • Breng de sonde iets verder in of trek de sonde iets terug en controleer opnieuw.
  • Wanneer nog geen maagsap wordt verkregen: vraag de cliënt op de zij te gaan liggen en controleer opnieuw.
  • Wanneer nog geen maagsap wordt opgezogen: wacht 15-30 minuten en controleer opnieuw.
  • Bij afwijkende bevindingen en/of pH-waarde groter dan 5.5: geen voeding of medicijnen toedienen. Overleg met de arts. Doe zo nodig de limonadetest of verwijder de sonde en breng deze opnieuw in en controleer de ligging.
limonadetest:

Bij cliënten die mogen en kunnen drinken kan de arts kiezen voor de limonadetest als er geen aspiraat wordt opgezogen met een pH-waarde kleiner dan of gelijk aan 5,5 (≤ 5,5). Dit geldt voor volwassenen en kinderen. Bepaal eerst de zuurgraad van de aangelengde limonade. Deze moet kleiner dan of gelijk zijn aan 4,0 (≤ 4,0). Laat de cliënt enkele slokken van de limonade drinken. Probeer na minimaal 10 seconden aspiraat op te zuigen en bepaal de pH-waarde. Deze is dan mogelijk wel kleiner dan of gelijk aan 5,5.

Slide 9 - Slide

spoel de sonde door met water:
  • Vul de spuit met de afgesproken hoeveelheid water op kamertemperatuur.
  • Klem de sonde of verlengslang af met de kocher.
  • In plaats van afklemmen met de kocher kan de sonde ook worden geknikt.
  • Plaats de spuit op de sonde of de verlengslang.
  • Verwijder de kocher en spuit het water door de sonde.
  • Klem de sonde of verlengslang af met een kocher en verwijder de spuit.
fixeer de sonde:
  • Breng bij een sonde zonder maatverdeling een definitief markeringsteken aan met een watervaste stift.
  • Reinig de neus en fixeer de sonde met de (neusfixatie)pleister.
  • OF: Plak het midden van een stuk pleister aan de onderkant van de sonde vast op 2 cm vanaf de neus. Leid beide uiteinden kruislings naar boven en plak ze op de neus vast.
  • OF: Plak de pleister op een steunpleister die op de wang is aangebracht.
  • Controleer of de sonde kan meebewegen met slik- of draaibewegingen.
  • Controleer of er niet te veel druk op de neusvleugel is door de sonde.
  • Controleer of de pleister de sonde goed fixeert.
  • Leid de sonde achter het oor langs.
  • Bevestig de sonde met een pleister aan de kleding op zo'n manier dat deze vrij kan meebewegen met hoofdbewegingen en er geen spanning ontstaat op de huidfixatie.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Wat is een taak van het spijsverteringsstelsel
A
Klein maken van voedsel
B
vermengen met spijsverteringssappen
C
uitscheiden van onverteerbare voedselresten
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 13 - Quiz

Wat sluit de luchtpijp af zodat het voedsel de slokdarm in kan
A
de huig
B
strotteklepje
C
peristaltiek
D
de tong

Slide 14 - Quiz

Welke darm komt er als eerste....
A
endeldarm
B
12-vingerige darm
C
dikke darm
D
dunne darm

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Video

Via welke methode kun je de lengte bepalen van een neus- maag sonde?

Slide 17 - Open question

lees het protocol, welke 2 dingen zijn in het filmpje niet gedaan?

Slide 18 - Open question

wanneer je geen maagsap op kunt zuigen wat doe je dan?
zie protocol

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

De PH waarde
Lager dan 5,5
Te hoog , 30 minuten wachten, opnieuw bepalen.
Nog te hoog?
Overleg arts, röntgen foto, limonade test, verwijderen
Wat doe je in ieder geval niet???

Slide 22 - Slide

Redenen om een sonde in te brengen
voedingstekorten aanvullen
slikproblemen
afhangende sonde
voor onderzoek
spoelen van de maag
geven van medicijnen?

Slide 23 - Slide

  • De sonde ligt in de longen en niet in de maag
  • Weerstand in de neus bij het inbrengen
  • Braakneigingen, hoestprikkel
  • Sonde krult op in de mond-of keelholte
  • Er kan geen maagsap opgezogen worden
Complicaties bij inbrengen:

Slide 24 - Slide

Complicaties bij patiënt
Irritatie van de keel
Pijn bij het slikken (gaat meestal na een paar dagen weg)
Drukplekken in de neus door de sonde (fixeer op de juiste manier)
Problemen in de mond door slechte mondverzorging
Sonde niet meer doorgankelijk

Slide 25 - Slide

Aandachtspunten
Ben je bevoegd en bekwaam
Uitvoeringsverzoek?
Ken je het protocol
Cliënt goed informeren, zorgt voor ontspanning.
Stopteken afspreken
Wat kan en wil de cliënt zelf doen
Observaties (benauwdheid, hoesten, zweten, angst, cyanose).
Sonde diep genoeg inbrengen NEX
Fixeer op de juiste wijze
pH-waarde
Rapporteren

Slide 26 - Slide

welke stelling over het inbrengen van een neus/ maag sonde is juist?
A
Dit is een voorbehoudende handeling
B
iedereen die in de zorg werkt mag deze handeling doen
C
Er zijn niet of nauwelijks risico's bij het inbrengen van de neusmaag sonde
D
alle bovenstaande is juist

Slide 27 - Quiz

Wat zou een reden kunnen zijn om een sonde in te brengen

Slide 28 - Open question

Welke aandachtspunten zijn er bij het inbrengen van een neus- maag sonde?

Slide 29 - Open question

Wat is een contra indicatie voor een neus-maag sonde?
A
Overgewicht
B
Tumoren/ Stollingsstoornis
C
braken
D
Ondervoeding

Slide 30 - Quiz

Noem minimaal 3 indicaties voor het inbrengen van een neus-maag sonde
A
1. vocht toedienen 2.wanneer de slikfunctie ontbreekt 3.bij aandoeningen in de slokdarm
B
1.de maagretentie bepalen; 2.diagnostisch onderzoek verrichten; 3.overtollig vocht uit de maag verwijderen bij een ileus
C
1.het maag-darmkanaal spoelen na inname van giftige stoffen 2.de maagretentie bepalen 3.voeding toedienen
D
1.bij aandoeningen in het aangezicht: trauma; 2.bij een schedelbasisfractuur. 3.voeding toedienen

Slide 31 - Quiz

Materialen
PVC (7-10 dagen)
PUR (6 maanden)
Siliconen (wisselen bij problemen)

Slide 32 - Slide

Soorten sondes
1 Neusmaagsonde
2 Peg
percutaan ( door de huid)
endoscopisch (met behulp van endoscoop)
gastrostomie (maag).
3 (Neus-) jejunumsonde (direct in de dunne darm)  

Slide 33 - Slide

zoek een foto van een peg sonde en lever in

Slide 34 - Open question

1.
2.
3.
Neus-maag sonde
PEG sonde
PEG-J sonde

Slide 35 - Drag question

controleer of de sonde nog in de maag zit:
  • Ga na of de sonde nog goed gefixeerd is: is de pleister nog goed vastgeplakt of hangt de sonde er losjes bij.
  • Controleer de positie van het markeringspunt op de sonde dat de juiste ingebrachte lengte aangeeft. Ga na of de sonde ten opzichte van de neus niet verschoven is.
  • Inspecteer zo mogelijk de mond en keelholte: ligt de sonde zichtbaar goed in de keel en niet opgekruld.
  • Als de sonde niet goed ligt, verschoven is en bij twijfel over de ligging: dien niets toe via de sonde!
  • Controleer bij twijfel de ligging van de sonde door middel van beoordeling van aspiraat met een pH-indicator. Breng zo nodig in overleg met de arts een nieuwe sonde in. Controleer opnieuw de ligging door middel van een pH-indicator.

controleer bij de PEG-Sonde of de sonde niet is verschoven:
  • Ga na of de sonde niet is verschoven door controle van de aangebrachte markering op de sonde.
sluit zonodig een verbindingsstukje of verlengslang aan:
  • Klem de sonde af met een kocher of knik de sonde.
  • Verwijder het afsluitdopje van de sonde.
  • Plaats zo nodig een verbindingsstukje of verlengslang in de sonde.

Slide 36 - Slide

Waar let allemaal je op bij het verwijderen van een sonde?
A
Halfzittende houding
B
tijdens de uitademing verwijderen
C
letten op aspiratie
D
werken volgens protocol

Slide 37 - Quiz

Slide 38 - Video