5. Is de vrouw ook zo aardig? Leg je antwoord uit.
6. In welk jaargetijde speelt dit verhaal zich af? Hoe weet je dat?
7. De herfst staat vaak symbool voor aftakeling en verrotting. Kun je dit ook koppelen aan wat er met de twee personages gebeurt? Leg uit.
8. In de les heb ik weleens vertelt dat korte verhalen nooit draaien om de ontwikkeling van de hoofdpersoon of andere personages. In dit verhaal is er een uitzondering.
Wat denk jij wat het eten van de poep met de man zijn karakter heeft gedaan?
En met dat van de vrouw?