Les Nederlands HAVO 2 herhaling -d of -dt

Herhaling spelling
Lastige werkwoordsvormen: -d of -dt?
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Herhaling spelling
Lastige werkwoordsvormen: -d of -dt?

Slide 1 - Slide

In de open haard ... (branden) een heerlijk vuurtje.

Slide 2 - Open question

Waarom ... (verzenden) je die jas niet terug naar de winkel?

Slide 3 - Open question

Waar moeten we op letten?
 Bepaal eerst welk onderwerp er bij de persoonsvorm hoort
- Je kiest voor -d als:
1. het onderwerp IK is
2. het onderwerp JE of JIJ is achter de persoonsvorm 

Slide 4 - Slide

Voorbeelden: 
1. Ik laad mijn telefoon op.
Antwoord ik voor mijn beurt?

2. Meld jij ons even aan? 
Vermoed je ook dat dit niet klopt?

Slide 5 - Slide

- Je kiest voor -dt:
1. In alle andere gevallen in het enkelvoud

Slide 6 - Slide

Voorbeelden:
1. Het vliegtuig landt om drie uur.
Verbrandt je vader zijn vinger?
Je laadt mijn iPad toch wel op tijd op?
De docent raadt je aan goed te leren.

Slide 7 - Slide

Ezelsbruggetje!
Vervang het werkwoord in de zin met het werkwoord 'lopen'.

Slide 8 - Slide

... (onthouden) je deze regels goed?

Slide 9 - Open question

... (vinden) je dat nu echt een goed idee?

Slide 10 - Open question

Ik denk dat de verzekering de schade wel ... (vergoeden)

Slide 11 - Open question

Herhaling spelling
Koppelteken en weglatingsstreepje

Slide 12 - Slide

Wanneer gebruik je een koppelteken?

Slide 13 - Open question

Wanneer gebruik je een koppelteken?
Je gebruikt een koppelteken:
- in samenkoppelingen
- in samenstellingen tussen klinkers die je ook samen uit zou kunnen spreken (botsende klinkers)

Slide 14 - Slide

- bij cijfers, andere tekens, afkortingen en bij St. of Sint
- bij aardrijkskundige namen, of woorden die daarvan afgeleid zijn
- bij de volgende voorvoegsels; niet-, non-, oud-,
adjunct-, -aspirant, bijna-, ex-, interim-, kandidaat-, leerling-, 

Slide 15 - Slide

- als het tweede deel van de samenstelling een hoofdletter heeft
- in samenstellingen van twee gelijkwaardige woorden

Slide 16 - Slide

Wanneer gebruik je een weglatingsstreepje?

Slide 17 - Open question

Wanneer gebruik je een weglatingsstreepje?
- als je een deel van een woord weglaat
(in- en uitvoer, is eigenlijk invoer en uitvoer, jongensjassen en -petten, is eigenlijk jongensjassen en jongenspetten)

Slide 18 - Slide

Keel-, neus- en oogarts
Ja
Nee

Slide 19 - Poll

Noord Amerika
Juist
Onjuist

Slide 20 - Poll

Sint-Maarten
Juist
Onjuist

Slide 21 - Poll