Leerjaar 2HV - Spelling - Het koppelteken en weglatingstreepje

HST 3
  • Het koppelteken
  • Het weglatingstreepje
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

HST 3
  • Het koppelteken
  • Het weglatingstreepje

Slide 1 - Slide

lesdoel 1
Ik kan woorden met koppelteken correct spellen.

Slide 2 - Slide

Samengestelde woorden
Samenstellingen schrijf je in principe aan elkaar.
voetbal + competitie = voetbalcompetitie
tentamen + stress =  tentamenstress

en soms gebruik je een tussenletter
station+straat = stationsstraat
bij + honing = bijenhoning
rood+kool = rodekool

Slide 3 - Slide

wat staat hier?
naapen
  • na-apen



Slide 4 - Slide

koppelteken

Slide 5 - Slide

koppelteken

Je gebruikt een koppelteken als er klinkers botsen, die ook samen een klank kunnen vormen.

bijvoorbeeld:
auto + ongeluk = auto-ongeluk
mini + jurk = mini-jurk

Slide 6 - Slide

kijk maar
minijurk
  • mini-jurk

camerainstelling
  • camera-instelling

Slide 7 - Slide

koppelteken
Uitzonderingen
Je gebruikt een koppelteken als er er in het samengestelde woord cijfers voor?

bijvoorbeeld:
80-jarige

Slide 8 - Slide

koppelteken
Je gebruikt een koppelteken als er in het samengestelde woord een afkorting voorkomt.

bijvoorbeeld:
usb-stick

Slide 9 - Slide

koppelteken
Uitzonderingen
Je gebruikt een koppelteken bij aardrijkskundige namen

bijvoorbeeld:
Zuid + Holland = Zuid-Holland

Slide 10 - Slide

wel of geen koppelteken
A
stageuren
B
stage-uren

Slide 11 - Quiz

wel of geen koppelteken
A
minimuminkomen
B
minimum-inkomen

Slide 12 - Quiz

wel of geen koppelteken
A
Noord-Holland
B
Noord Holland

Slide 13 - Quiz

Wat is goed?
A
minijurk
B
mini-jurk

Slide 14 - Quiz

wel of geen koppelteken
A
politieauto
B
politie-auto
C
politie auto

Slide 15 - Quiz

Gebruik je bij dit woord een koppelteken?
A
autoongeluk
B
auto-ongeluk

Slide 16 - Quiz

wel of geen koppelteken
A
14 jarigen
B
14-jarigen

Slide 17 - Quiz

Waar is het koppelteken juist gebruikt?
A
BMIwaarden
B
BMI-waarden

Slide 18 - Quiz

wel of geen koppelteken
A
24-urige
B
24 urige

Slide 19 - Quiz

wel of geen koppelteken
A
50 plusser
B
50-plusser

Slide 20 - Quiz

wel of geen koppelteken
A
kleuren-tv
B
kleuren tv

Slide 21 - Quiz

wel of geen koppelteken
A
A4 formaat
B
A4-formaat

Slide 22 - Quiz

wel of geen koppelteken
A
cv-ketel
B
cv ketel

Slide 23 - Quiz

wel of geen koppelteken
A
autoonderdelen
B
auto-onderdelen

Slide 24 - Quiz

wel of geen koppelteken
A
cameraopstelling
B
camera-opstelling

Slide 25 - Quiz

wel of geen koppelteken
A
Centraal-Afrika
B
Centraal Afrika

Slide 26 - Quiz

Ik gebruik een koppelteken als:
1. De klinkers  botsen en ik daardoor het woord verkeerd uitsrpeek zoals
(auto-ongeluk of mini-jurk)
2. In het samengestelde woord cijfers voorkomen zoals
(80-jarige of 24-urig )
3. In het samengestelde woord een afkorting voorkomt zoals
(cd-rom of  kleuren-tv)
4. In het samengestelde woord een aardrijkskundige naam voorkomt zoals
(Centraal-Afrika of Noord-Holland)

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Link

Weglatingstreepje
Je gebruikt het weglatingsstreepje als je een deel van een woord weglaat:
- in- en uitvoer (invoer en uitvoer),
- jongensjassen en -petten (jongensjassen en jongenspetten).

Let op: gebruik geen weglatingsstreepje als je een heel woord weglaat: dure en goedkope oorbellen.

Slide 29 - Slide