Semester 1 les 10 en 11 thema 3 H4

Informatie verzamelen en verwerken

1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Informatie verzamelen en verwerken

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Waarvoor moet je informatie opzoeken?

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

Lesdoelen 
Aan het einde van deze les weet je wat een hoofdvraag is en wat deelvragen zijn en kun je deze zelf formuleren om te dienen als basis voor een opdracht, werkstuk of presentatie. 
Ook kun je informatie opzoeken aan de hand van de hoofd- en deelvragen en deze informatie verwerken. 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Hoofdvraag
Een hoofdvraag is een vraag waarin je samenvat wat je gaat onderzoeken. Dit moet heel concreet en duidelijk!




Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Stappenplan
  1. Wat is het probleem/onderwerp?
  2. Maak een woordweb bij dit onderwerp.  
  3. Bepaal of je uit het woordweb voldoende aanknopingspunten hebt om een vraag te formuleren.
  4. Formuleer de hoofdvraag. 
  5. Bepaal of de hoofdvraag specifiek genoeg is: check dit ook bij anderen en pas eventueel aan. 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Oefenen hoofdvraag
Onderwerp: 
Product/merk onderzoek 

Slide 6 - Slide

Collega's, het liefst een onderwerp dat uit de groep komt natuurlijk, maar als dat niet lukt, kun je 'gezonde voeding' of 'medische hulpmiddelen' gebruiken.
?

Slide 7 - Mind map

Onderwerp dus nog zelf aangeven/invullen. 
Stap 3 ook hier doen: heb ik voldoende info?
Richtlijnen hoofdvraag
  1. De hoofdvraag bestaat uit één vraag.
  2. De hoofdvraag volgt uit een probleemstelling.
  3. De hoofdvraag kan beter geen mening-vraag of ethische vraag zijn.
  4. Met de hoofdvraag wil je geen oplossing bieden, alleen onderzoek doen. 
  5. De hoofdvraag is geen ‘waarom’-vraag.
  6. De  hoofdvraag is geen ja-nee-vraag.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Formuleer (opnieuw) de hoofdvraag

Slide 9 - Open question

Laat tijdens het werken de richtlijnen zien!
Aan de hand van de antwoorden kun je bespreken of de hoofdvragen goed zijn geformuleerd (concreet genoeg, geen ja/neevraag, geen waaromvraag, geen ethische kwestie, etc.) 
Deelvragen
Een hoofdvraag is te groot om in een keer te beantwoorden. Daarom moet je de hoofdvraag opsplitsen in deelvragen.  



Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Goede deelvragen:
  • nodigen uit tot onderzoek en tot het formuleren van een verklaring of een beschrijving. 
  • geven uiteindelijk antwoord op de hoofdvraag. 
  • staan in een logische volgorde. 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Hoe pak je dit aan?
  1. Lees je hoofdvraag nog een goed door. 
  2. Schrijf in steekwoorden op welke informatie je allemaal nodig hebt om de hoofdvraag te kunnen beantwoorden. 
  3. Formuleer aan de hand van de steekwoorden de deelvragen. 
  4. Bepaal de volgorde van je deelvragen. 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Voorbeelden 
  •  Hoe kunnen wij onze zaak aantrekkelijker maken?
  • Welke uitstraling willen wij hebben?
  • Is het een idee om de prijzenlijst aan te passen?
  • Hoe gaan om met ontevreden cliënten?

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk: formuleer een hoofdvraag en deelvragen (= opdracht 2, thema 3, H4)
  • Ga zelf aan de slag met het bedenken van een hoofdvraag en deelvragen. 
  • Doe dit het liefst voor een opdracht die je toch al moet maken.
  • Je mag in tweetallen werken of alleen.

Slide 14 - Slide

Studenten maken opdracht 2, maar het onderwerp kunnen ze zelf bedenken. 
Informatie verzamelen en verwerken
deel 2 (deelvragen)

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Welke hoofdvraag hebben jullie geformuleerd?

Slide 16 - Open question

Dit is een goed moment om de hoofdvragen met elkaar te controleren op 'werkbaarheid'. 
Ook kun je vragen wat de deelvragen zijn die erbij horen. 
Informatie verzamelen en selecteren
Afhankelijk van de vraag, gebruik je verschillende bronnen: 

  • Informatiebronnen 
  • Boeken, tijdschriften
  • Internet; reviews
  • Vragen stellen aan een deskundige


Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Informatie is bruikbaar als
  • je de informatie begrijpt
  • de informatie bijdraagt aan het antwoord op de deelvraag
  • de informatie betrouwbaar is

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

betrouwbaarheid
  • Schrijver of gesprekspartner is een deskundige.
  • Bron is betrouwbaar (site, tekst) en recent. 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Informatie verwerken
  • Zet de gevonden informatie altijd in eigen woorden. 
  • Elke deelvraag is een hoofdstuk. 
  • Soms bestaat het antwoord uit twee delen; je hebt dan twee paragrafen. 
  • Hoe je de informatie verder verwerkt is afhankelijk van de opdracht waar je mee bezig bent. 
  • Denk aan de bronvermelding!

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

(Huis)werk
Thema 3, H4, opdracht 4 en 5

Slide 21 - Slide

This item has no instructions