What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
naamvl.+bijv.nw.
Willkommen V4!
Heute:
- Besprechen Hausaufgaben Grammatik + Lesen
- Erklärung Adjektiv + Übungsaufgabe
(- evt. Hören Kijk/Luistertoets)
1 / 26
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
26 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Willkommen V4!
Heute:
- Besprechen Hausaufgaben Grammatik + Lesen
- Erklärung Adjektiv + Übungsaufgabe
(- evt. Hören Kijk/Luistertoets)
Slide 1 - Slide
Wir besprechen Aufg.23 S.136 + danach Aufg.10-11 S.130
Slide 2 - Slide
Das Adjektiv = bijvoeglijk nw.
Pak pag.278 in je lesboek + je aantekeningenschrift erbij!
Slide 3 - Slide
Wat is een
Adjektiv
?
een Adjektiv = een bijvoeglijk naamwoord. Het bijvoeglijk naamwoord...
zegt iets over een zelfstandig naamwoord;
betreft vaak een
eigenschap
of een
kenmerk;
staat vaak vóór het zelfstandig naamwoord. (en vaak na een vorm van de ein-/ der-gruppe)
Voorbeeld: Mijn oom heeft een
mooie
auto.
Auf Deutsch: Mein Onkel hat ein
schönes
Auto.
Slide 4 - Slide
Der-Gruppe - zoals we 'm kennen
Hoe ziet dat er dan uit?
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
1e nvl.
der / jed
er
die / jed
e
das / jed
es
die / jed
e
3e nvl.
dem / jed
em
der / jed
er
dem / jed
em
den +-n /
jed
en
+-n
4e nvl.
den / jed
en
die / jed
e
das / jed
es
die / jed
e
Slide 5 - Slide
Nu met bijvoeglijk naamwoord - Der-Gruppe
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
1e nvl.
der groß
e
Tisch
die blau
e
Jacke
das klein
e
Haus
die gut
en
Sachen
3e nvl.
dem
groß
en
Tisch
der blau
e
n
Jacke
dem klein
en
Haus
den gut
en
Sachen
4e nvl.
den
groß
en
Tisch
die
blau
e
Jacke
das klein
e
Haus
die
gut
en
Sachen
Slide 6 - Slide
Ein-Gruppe
Bij de Ein-Gruppe horen de woorden:
ein / kein +
bezittelijke voornaamwoorden
Slide 7 - Slide
Ein-Gruppe
Hoe ziet dat er dan uit?
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
1e nvl.
ein / mein
ein
e
/ dein
e
ein / sein
kein
e
/ unser
e
3e nvl.
ein
em
/
meinem
ein
er
/ dein
er
ein
em
/
sein
em
kein
en
+-n /
unser
en
+-n
4e nvl.
ein
en
/mein
en
ein
e
/ dein
e
ein / sein
kein
e
/ unser
e
Slide 8 - Slide
Nu met bijvoeglijk naamwoord
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
1e nvl.
ein groß
er
Tisch
eine blau
e
Jacke
ein
klein
es
Haus
keine gut
en
Sachen
3e nvl.
einem groß
en
Tisch
einer blau
en
Jacke
einem klein
en
Haus
keinen gut
en
Sachen
4e nvl.
einen groß
en
Tisch
eine
blau
e
Jacke
ein
klein
es
Haus
keine gut
en
Sachen
Slide 9 - Slide
Hoe leer je dat?
Je kunt een
S L E U T E L
tekenen in het schema!
Slide 10 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord: Der-Gruppe
Slide 11 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord: Ein-Gruppe
Slide 12 - Slide
Voorbeeld:
Ein ... groß...
Haus
gefällt mir gut!
=> geslacht van 'Haus' ?
=> naamval van het zinsdeel?
Slide 13 - Slide
Voorbeeld:
=> geslacht van 'Haus' ?
das Haus - onzijdig
=> naamval van het zinsdeel?
onderw. = 1e nvl.
Ein
-
groß
es
Haus gefällt mir!
Slide 14 - Slide
Jetzt du!
Slide 15 - Slide
Ein ... jung... Frau hat uns geholfen.
A
- -e
B
- -es
C
-en -en
D
-e -e
Slide 16 - Quiz
Ich habe diese braun... Schuhe (mv).
A
-e
B
-en
C
-er
D
-em
Slide 17 - Quiz
Er trägt meinen blau... Pulli (m).
A
-e
B
-er
C
-en
D
-em
Slide 18 - Quiz
Mein Bruder hat ein gelb...... T-Shirt (0) bekommen.
A
-en
B
-es
C
-e
D
-er
Slide 19 - Quiz
Wir fahren mit (d)... rot..... Boot (o).
A
dem -en
B
den -en
C
das -e
D
dem -em
Slide 20 - Quiz
Ein groß..... Mann kaufte ein Eis.
A
-en
B
-e
C
-es
D
-er
Slide 21 - Quiz
Durch (d)... rot... Hose (v) siehst du hübsch aus!
A
die -e
B
der -er
C
dem -en
D
das -es
Slide 22 - Quiz
Achtung:
Twee of meer bijvoeglijke naamwoorden voor hetzelfde zn, krijgen dezelfde uitgang:
Bv.:
Dieser
große, nette
Mann spielt in unserer Mannschaft.
Er hat meiner
lieben, netten
Mutter Blumen gegeben.
Slide 23 - Slide
Lesdoel bereikt?
Je kunt het uitgangen van het bijvoeglijk naamwoord toepassen.
A
Ja, ik kan het! Ben me zeker!
B
Nee, ik snap het niet!
C
Nog een beetje leren... en dan komt het goed!
D
Ja, ik denk het wel!
Slide 24 - Quiz
En dan nu?
Maken "Übungsaufgabe Adjektiv (bijv.nw)" (teams > Periode 2 > Grammatik)
nakijken overige huiswerk met nakijkboekje (voor in de klas)
Slide 25 - Slide
Einde
Slide 26 - Slide
More lessons like this
naamvl.+bijv.nw.
18 days ago
- Lesson with
21 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
V4 - bijvoeglijk naamwoord
January 2023
- Lesson with
16 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Trabitur, Kapitel 11, Les 4 bijvoeglijk naamwoord
April 2023
- Lesson with
27 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
naamvl.+bijv.nw.
May 2023
- Lesson with
27 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
4 naamvallen ADJEKTIVE TEIL 1 met der- en ein-groep
October 2022
- Lesson with
33 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2,3
naamvl.+bijv.nw.
May 2024
- Lesson with
31 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
W3a1-Duits-08012021
January 2021
- Lesson with
18 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
H Grammatik [Adjektiv]
September 2024
- Lesson with
16 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5