Hst 19 Redekundig ontleden

Deze les
Afmaken hst 6: nakijken 

Start: hst 19 redekundig ontleden
herhalen jaar 1 
door lessonup samen te doen 
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Deze les
Afmaken hst 6: nakijken 

Start: hst 19 redekundig ontleden
herhalen jaar 1 
door lessonup samen te doen 

Slide 1 - Slide

Leerdoelen 
Kijken of je in je huiswerk bijwoorden en telwoorden hebt herkend

Herhalen zinsdelen benoemen oftewel redekundig ontleden 

Slide 2 - Slide

Huiswerk 
Leg op tafel
Pak pen met kleur
Kijk het werk van je buurman of -vrouw na
Ik lees de antwoorden op
Jij kijkt na

Slide 3 - Slide

Redekundig ontleden: even herhalen/oefenen Hst 19 blz. 42

Slide 4 - Slide

Volgorde van redekundig ontleden
1) Zoek persoonsvorm
2) Zoek alle andere werkwoorden + pv=wwg
3) Vraag wie/wat+wwg=ow
4) Vraag wie/wat+wwg+ow=lv
5)Vraag aan of voor wie/wat+wwg+ow+lv=mw.vw.
6) bwb= stel een vraag met een W. MAAR NIET wie of wat.
SCHRIJF DIT STAPPENPLAN IN JE SCHRIFT!
Zoals wanneer waar waarom

Slide 5 - Slide

Even testen wat je nog weet
Log in in deze lessonup
Houd bij hoeveel goed/fout je hebt

Slide 6 - Slide

Wat is de persoonsvorm en het onderwerp van de volgende zin:
Ariana treedt vanavond op in de Ziggo Dome in Amsterdam
A
Treedt + op
B
Ariana + treedt op
C
Ariana + Ziggo Dome
D
Treedt op + Ziggo Dome

Slide 7 - Quiz

Wat is de persoonsvorm en het onderwerp van de volgende zin:
Bij een inval in Utrecht heeft de politie wapens gevonden.
A
Bij een inval + heeft
B
Bij een inval + in Utrecht
C
heeft + de politie
D
Heeft + gevonden

Slide 8 - Quiz

Wat is een werkwoordelijk gezegde?

Slide 9 - Open question

Wat is het werkwoordelijk gezegde in deze zin?
Donderdag werd het record verspringen verscherpt

Slide 10 - Open question

Wat is het lijdend voorwerp in deze zin?
De docent heeft belangstelling voor jullie weekend.

A
De docent
B
weekend
C
heeft
D
belangstelling

Slide 11 - Quiz

Wat is het lijdend voorwerp in deze zin?
De bezorger van PostNL bezorgde een heel raar pakketje bij de buren.
A
De bezorger
B
Van PostNL
C
een heel raar pakketje
D
bij de buren

Slide 12 - Quiz

Wat is het meewerkend voorwerp in deze zin?
De bezorger van PostNL bezorgde haar een heel raar pakketje.
A
De bezorger
B
Van PostNL
C
een heel raar pakketje
D
haar

Slide 13 - Quiz

Wat is het meewerkend voorwerp in deze zin?
Die rijke stinkerd heeft zijn neefje een huis in Turkije nagelaten.

A
Die rijke stinkerd
B
heeft nagelaten
C
zijn neefje
D
een huis in Turkijke

Slide 14 - Quiz

Hoeveel had je er goed? 
Pak blz. 43 en doe oefening 10. Je werkt zo veel mogelijk in stilte. Je gaat de zinnen 'ontleden'. Gebruik het stappenplan, de informatie op  blz. 42 EN kijk voor meer informatie op blz. 181

Alles goed: a t/m e
Een paar fout (max. 3): a t/m c (of t/m e als je tijd hebt)
Veel fout: vooraan zitten en a & b zinnen ontleden.

Slide 15 - Slide

Vrijdag SO
Hst 5 en 6 inclusief woorden.

Redekundig ontleden oefen je verder in NUMO
Het komt sowieso op PTO!
  

Slide 16 - Slide

Deze les
Verder met oefenen redekundig ontleden 

Vraag 10 
Een paar extra zinnen
Evt. zelf zinnen maken

Slide 17 - Slide

Leerdoelen 

Herhalen zinsdelen benoemen oftewel redekundig ontleden 
Oefenen met redekundig ontleden oftewel zinsdelen benoemen
(PV, WW GZ, OW, LV, MV, BWB) 

Slide 18 - Slide

Oefening 10
Boek blz. 43 in de klas gedaan

Slide 19 - Slide

Extra oefenen
De docent Nederlands heeft afgelopen weekend wel vijf boeken gekocht. 

Twee van die boeken zijn een kado voor haar dochter. 

Zij heeft haar dochter die boeken vanochtend gegeven. 

De roodharige weerman legde gisteravond voor de wedstrijd van Oranje de televisiekijkende mensen uit hoe orkanen werken.

Slide 20 - Slide

Verzin zelf een zin over het weekend


Waar een persoonsvorm (PV), werkwoordelijk gezegde (WW), onderwerp (OW), lijdend voorwerp (LV), meewerkend voorwerp (MW) en bijwoordelijke bepaling in zit (BWB)


Slide 21 - Slide

Ontleden
Ontleden ga je verder oefenen met Numo (woensdag weer 45 min zelf gedaan) 
Gebruik je boek als je het niet weet 
Vraag de juf via teams als je iets niet snapt
Je moet in Numo dus wel vooruit met je oefeningen! 

Slide 22 - Slide