Van een voltooid deelwoord kun je een bijvoeglijk naamwoord maken. Dan schrijf je het zo kort mogelijk.
Voorbeeld:
De brand is geblust --> de gebluste brand
De trein is verlaat --> de verlate trein
Bij een korte klank, schrijf je hem wel met dubbele letters.
De man is gered --> de geredde man.
De plant is verpot --> de verpotte plant.
De taart is gebakken --> de gebakken taart.