Deze les gaan H6.1 behandelen aan de hand van uitleg en vragen.
1 / 12
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3
This lesson contains 12 slides, with interactive quiz and text slides.
Items in this lesson
H6.1
Deze les gaan H6.1 behandelen aan de hand van uitleg en vragen.
Slide 1 - Slide
Hoe produceer je?
Als je produceert heb je altijd te maken met de volgende productiefactoren:
- Kapitaal
- Arbeid
- Natuur
- Ondernemerschap
Slide 2 - Slide
Productiefactoren
Kapitaal
Productiefactoren
Natuur
Arbeid
Kapitaal
Ondernemerschap
Slide 3 - Slide
Beloningen
Kapitaal --> huur (bij een gebouw) of rente(bij geld uitlenen)
Arbeid--> loon of salaria
Natuur --> pacht (grond ''verhuren'')
Ondernemerschap --> Winst
Slide 4 - Slide
Kapitaal
Arbeidsintensief
Als de productie in verhouding veel door mensen wordt gedaan.
- Docent
Kapitaalintensief
Als de productie in verhouding veel door machines wordt gedaan.
- Autofabriek
Slide 5 - Slide
Automatisering of mechanisatie
Mechanisatie
Het gebruik maken van machines als hulpmiddel.
- graafmachine, tondeuse (kapper)
Automatisering
Als het werk door computers wordt gedaan.
- Autofabriek
Slide 6 - Slide
Afschrijving
Afschrijving
Jaarlijkse waardevermindering van kapitaalgoederen.
Een machine neemt in waarde af zodra je hem gebruikt.
De aanschafkosten verdeel je over de gebruiksduur.
Restwaarde
Soms levert de machine bij verkoop nog geld op.
Slide 7 - Slide
Afschrijving
(aanschafprijs - restwaarde) : aantal gebruiksjaren =
Slide 8 - Slide
Een supermarkt koopt een nieuw kassasysteem voor € 14.500. Het systeem is over 6 jaar nog € 2.200 waard. Hoeveel is de jaarlijkse afschrijving? Schrijf je berekening op!
Slide 9 - Open question
Een supermarkt koopt een nieuw kassasysteem voor € 14.500. Het systeem is over 6 jaar nog € 2.200 waard.
Hoeveel is de jaarlijkse afschrijving?
Schrijf je berekening op!
(aanschafprijs - restwaarde) : aantal gebruiksjaren =
(€ 14.500 - € 2.200) : 6 = € 2.050
Slide 10 - Slide
Toegevoegde waarde
De extra waarde die elk bedrijf toevoegt aan het product.
Elk bedrijf bewerkt het product en voegt daar waarde aan toe.