Je legt uit hoe soorten in een gebied van elkaar afhankelijk zijn voor voedsel, schuilplaats en voortplanting.
Je beschrijft het ontstaan van een voedselketen.
Je legt uit wat de begrippen 'voedselketen' en 'voedselweb' betekent.
Je legt uit wat de rol is van producenten, consumenten en reducenten in een voedselketen.
Je herkent dat veel bodemdieren afvaleters zijn.
Je benoemt de functie van schimmels en bacteriën.