§ 4.2 koolstofchemie

Hoofdstuk 4.2 koolstofchemie
1 / 41
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 41 slides, with text slides.

Items in this lesson

Hoofdstuk 4.2 koolstofchemie

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Wat zijn koolwaterstoffen;
  • naamgeving alkanen, alkenen, cycloalkanen en Alkanolen;

Slide 2 - Slide

Covalentie
Molecuulbinding versus atoombinding:
  • Molecuulbinding is een binding tussen twee moleculen
  • Atoombinding is een biding binnen één molecuul

Slide 3 - Slide

Covalentie
Octet regel: 
  • Elk atoom streeft naar een volle buitenste schil 
  • Dat wil zeggen 8 elektronen in de buitenste schil
  • Uitzondering: Waterstof die heeft alleen een K schil 

Slide 4 - Slide

Instructie

Slide 5 - Slide

aardolie = fossiele brandstof
  • bestaat voor grootste deel uit koolwaterstof verbindingen
  • dus moleculen die in ieder geval C en H atomen bevatten
  • bij volledige verbranding hiervan ontstaat dus altijd  CO2(g) en H2O(l)  
  •    aardolie is een mengsel van heel veel verschillende verbindingen

Slide 6 - Slide

Koolwaterstof


Een stof die uitsluitend bestaat uit koolstofatomen en waterstofatomen.


Deze groep is onder te verdelen in alkanen & alkenen

Slide 7 - Slide

Alkanen en Alkenen
Algemene  molecuulformule 
  • Alkanen CnH2n+2
  • Alkenen CnH2n
  • structuurformule 
  • atoombinding
  • dubbele binding
  • isomeren

Slide 8 - Slide

Formules van de eerste 6 alkanen (leren incl toestandsaanduiding) ook van de alkenen leren!
(g)
(l)
(l)
(g)
(g)
(g)
(g)
(g)
(g)

Slide 9 - Slide

Alkanen CnH2n+2

Ezelsbruggetje eerste 3 alkenen, algemene formule CnH2n

"een alke
en heeft er geen"

(geen 2 extra H'tjes) let wel op metheen kan niet bestaan want elk alkeen heeft een dubbele binding tussen twee C atomen.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

isomeren
  • moleculen met dezelfde molecuulformule maar een andere structuurformule
  • door de andere ruimtelijke structuur zijn ook de stofeigenschappen zoals b.v. kookpunt verschillend

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

.

Slide 20 - Slide

Als er meerdere zijgroepen zijn gebruik je numerieke voorvoegsels. Zie binas tabel 66C.

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Huiswerk voor 15-3
Maken kopie

Slide 41 - Slide