Het smaakorgaan

1 / 92
next
Slide 1: Slide
BiologieSecundair onderwijs

This lesson contains 92 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 150 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Met welke receptoren neem je smaakprikkels waar?

Slide 6 - Open question

Vul aan:
Om te kunnen proeven moeten de deeltjes ...

A
opgelost zijn.
B
gesmolten zijn.
C
vast zijn.

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Waar bevinden de smaakreceptoren zich bij de mens?

Slide 12 - Open question

Welk onderdeel bevat de meeste smaakreceptoren?
A
de wangen
B
de tong
C
de maag
D
het zachte gehemelte

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Hoe noem je groepjes smaakreceptoren en steuncellen?
A
de zenuwcellen
B
de chemoreceptoren
C
de smaakporie
D
de smaakknoppen

Slide 15 - Quiz

Naar welk deel wijst nummer 1?

A
de smaakporie
B
de smaakreceptor
C
de zenuw
D
de haarvormige uiteinden

Slide 16 - Quiz

Naar welk deel wijst nummer 2?

A
de smaakreceptor
B
de smaakporie
C
de haarvormige uiteinden
D
de zenuw

Slide 17 - Quiz

Naar welk deel wijst nummer 3?

A
de zenuw
B
de haarvormige uiteinden
C
de smaakporie
D
de smaakreceptor

Slide 18 - Quiz

Naar welk deel wijst nummer 4?

A
de smaakreceptor
B
de smaakporie
C
de zenuw
D
de haarvormige uiteinden

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Slide

Hoe neem je smaak waar? Zet de stappen in de juiste volgorde.

1) Een smaakreceptor wordt geprikkeld --> opwekken signaal in een zenuwcel.
2) Signaal wordt verwerkt --> proeven.
3) De smaakzenuw stuurt signaal naar de verwerkingscentra in de hersenen.
4) De smaakstoffen lossen op in het speeksel.

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Voor welke 5 smaken is de mens gevoelig?

Slide 24 - Open question

Waarvoor is de waarneming van die smaken belangrijk?

A
overleven
B
genieten
C
proeven

Slide 25 - Quiz

giftige stoffen
opname van mineralen
opname van eiwitten
bedorven voedsel
suikers 
zuur
zoet
bitter
zout
umami

Slide 26 - Drag question

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Waar bevinden zich de smaakknoppen op de tong?

Slide 40 - Open question

Hoeveel soorten smaakpapillen zijn er?

A
8
B
6
C
4
D
2

Slide 41 - Quiz

Welke soort smaakpapil wordt hier weergegeven?

A
de omwalde papil
B
de bladvormige papil
C
de paddenstoelvormige papil
D
de draadvormige papil

Slide 42 - Quiz

Welke soort smaakpapil wordt hier weergegeven?

A
de omwalde papil
B
de bladvormige papil
C
de paddenstoelvormige papil
D
de draadvormige papil

Slide 43 - Quiz

Welk kenmerk hoort NIET bij de draadvormige papillen?

A
Ze bepalen de structuur en temperatuur van het voedsel.
B
Ze maken het oppervlak van de tong ruw.
C
Ze zijn kegelvormig.
D
Ze bevatten smaakreceptoren.

Slide 44 - Quiz

Welk kenmerk hoort NIET bij de omwalde papillen?

A
Ze zijn kegelvormig.
B
Speekselkliertjes spoelen de groeven tussen de plooien.
C
Ze zijn betrokken bij de kokhalsreflex.
D
Ze bevinden zich achteraan de tong.

Slide 45 - Quiz

Juist of fout?
Het aantal smaakpapillen op de tong is bij elke persoon hetzelfde.

A
juist
B
fout

Slide 46 - Quiz

Juist of fout?
Mensen met veel smaakpapillen worden ook wel ‘supertasters’ genoemd.
A
juist
B
fout

Slide 47 - Quiz

Slide 48 - Slide

Slide 49 - Slide

Slide 50 - Slide

Slide 51 - Slide

Slide 52 - Slide

Slide 53 - Slide

Slide 54 - Slide

Slide 55 - Slide

Slide 56 - Slide

Slide 57 - Slide

Slide 58 - Slide

Slide 59 - Slide

Slide 60 - Slide

Slide 61 - Slide

Juist of fout?
Veel zintuigen werken samen bij het bepalen van de smaak.

A
juist
B
fout

Slide 62 - Quiz

Waardoor wordt de smaak beïnvloed?

Slide 63 - Open question

Leg uit:
Proeven doe je ook met jouw ogen.

Slide 64 - Open question

Waarom speelt geur een belangrijke rol bij het proeven?

Slide 65 - Open question

Welke smaakpapillen zijn belangrijk voor de tast?

A
omwalde papillen
B
bladvormige papillen
C
paddenstoelvormige papillen
D
draadvormige papillen

Slide 66 - Quiz

Slide 67 - Slide

Slide 68 - Slide

Slide 69 - Slide

Slide 70 - Slide

Slide 71 - Slide

Slide 72 - Slide

Slide 73 - Slide

Slide 74 - Slide

Slide 75 - Slide

Slide 76 - Slide

Slide 77 - Slide

Slide 78 - Slide

Slide 79 - Slide

Slide 80 - Slide

Slide 81 - Slide

Slide 82 - Slide

Wanneer spreek je van een smaakstoornis?

Slide 83 - Open question

Geef drie mogelijke oorzaken van een smaakstoornis.

Slide 84 - Open question

Slide 85 - Slide

Slide 86 - Slide

Slide 87 - Slide

Slide 88 - Slide

Slide 89 - Slide

Slide 90 - Slide

Slide 91 - Slide

Slide 92 - Slide