Telling time

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1,2

TELLING TIME

Telling time

In deze les gaan we leren klokkijken.

Hiervoor moet je de getallen 1 t/m 30 in het Engels kennen.

Verder zijn de woordjes to en past belangrijk.

Dus:

• hele uren: o'clock
• halve uren: half past
• kwart over: a quarter past
• kwart voor: a quarter to

What time is it?
6:15

1. a quarter to six
2. a quarter past six

what time is it?
7:50

1. ten to seven
2. ten to eight

what time is it?
2:40

1. twenty to three
2. forty past two

what time is it?
1:58

1. two to two
2. fifty-eight past one

A.M is tussen....

1. twaalf uur 's nachts en twaalf uur 's middags
2. twaalf uur 's middags en twaalf uur 's nachts

P.M. is tussen ....

1. twaalf uur 's nachts en twaalf uur 's middags
2. twaalf uur 's middags en twaalf uur 's nachts

What time is it?

What time is it?

What time is it?

What time is it?

What time is it?

What time is it?

What time is it?

What time is it?

It's twenty minutes to five.

It's eighteen minutes past one.

It's three minutes to five.

It's two o'clock.

It's a quarter to nine.

It's half past seven.

It's five minutes past eleven.

14.00 

19.30

01.18

16.40

08.45

23.05

04.57

Listen carefully!! 

schrijf het cijfer dat je hoort in het Engels op

schrijf het cijfer dat je hoort in het Engels op

schrijf het cijfer dat je hoort in het Engels op

schrijf het cijfer dat je hoort in het Engels op

schrijf het cijfer dat je hoort in het Engels op

Did you achieve your goals?