Reflectie periode 1 (mail naar SHA en CGE)
1. Wat gaat goed (klas) ? - noem 2 dingen
2. Wat kan beter (klas) ? -noem 2 dingen
3. Wat gaat bij jou goed? thuis of op school
4. Waar ben je het meest trots op? thuis of op school
5. Wat ga je anders doen in periode 2?
6. Naast welke 3 personen zou je willen zitten in periode 2?
7. Naast wie zou je niet willen zitten in periode 2
8. Waar in de klas zou je wel of niet willen zitten?