woorden met trema en woorden als alle(n) beide(n)

1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Doel
Herhalen woorden met trema en woorden als alle(n) en beide(n)
- Aan het eind van deze les weet ik hoe ik woorden met een trema moet schrijven. 
- Aan het eind van de les weet ik hoe ik woorden als alle(n) en beide(n) moet schrijven. 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Trema of niet?
A
gekopïeerd
B
gekopieerd

Slide 4 - Quiz

In welk woord is het trema onjuist gebruikt?
A
reünie
B
geüpload
C
weëig
D
beëindigen

Slide 5 - Quiz

Trema?
Welke vorm is onjuist?
A
gevarieerd
B
geïllustreerd
C
gekopieerd
D
gefinanciërd

Slide 6 - Quiz

Trema? Koppelteken?
poeziealbum
A
poëzie-album
B
poezieälbum
C
poëzieälbum
D
poëziealbum

Slide 7 - Quiz

Op welk woord komt er GEEN trema?
A
voltooiing
B
efficient
C
Azie
D
tweeenvijftig

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Video

(...) leerlingen leren nooit voor een s.o.
A
sommigen
B
sommige

Slide 10 - Quiz

Van alle(n) studenten hebben vele(n) een voldoende gehaald voor hun toets.
A
alle, velen
B
allen, vele
C
alle, vele
D
allen, velen

Slide 11 - Quiz

Van die struiken wil ik er wel enkele(n) in mijn tuin.
A
enkelen
B
enkele

Slide 12 - Quiz

Die broers maken altijd ruzie en meestal hebben ze beide(n) schuld
A
beide
B
beiden

Slide 13 - Quiz

wij gingen met zijn (....) naar de bioscoop
A
alle
B
allen

Slide 14 - Quiz

Katten zijn leuk. (...) vind ik vervelend
A
Weinige
B
Weinigen

Slide 15 - Quiz

Ik heb twee zussen. Ze zijn (...) erg goed in taal.
A
beide
B
beiden

Slide 16 - Quiz

De kippen waren (...) ontsnapt.
A
alle
B
allen

Slide 17 - Quiz

In onze kast staan de oudste(n) dropjes voor de nieuwste(n)
A
oudste, nieuwste
B
oudsten, nieuwste
C
oudste, nieuwsten
D
oudsten, nieuwsten

Slide 18 - Quiz

Hans had twee foto's gemaakt. Ze zijn (...) mislukt.
A
beide
B
beiden

Slide 19 - Quiz