Voorvoegsels: ge-, her-, ver- of be-
Gelogen - Hersteld - Verkocht - Begrepen
Een voltooid deelwoord kan ook als bijvoeglijk naamwoord worden gebruikt.
Bijvoorbeeld: de geperste sinaasappel; de ingehaalde toets.
Je gebruikt 't Kofschip x
Meestal met een hulpwerkwoord
Tegenwoordige en verleden tijd (heb, had)