W - H 3 - Paragraaf 1

1 / 24
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Maar eerst!

Wat weet je al?

Slide 2 - Slide

Het toilet spoel je door met water.

Wat gebeurt er met het water nadat je het doorgespoeld hebt?
A
Dat wordt gezuiverd en in de rivier geloosd
B
Dat wordt de grond in gepompt
C
Dat wordt in de rivier geloosd

Slide 3 - Quiz

Bij het weerbericht hoor je wel eens: "Het wordt morgen 15 graden Celsius."

Wat zou de weerman of weervrouw beter kunnen zeggen?
A
"De temperatuur wordt morgen 15°C"
B
"Het wordt morgen 15°C warm"
C
"De windsnelheid wordt morgen 15 graden"
D
"De temperatuur wordt morgen 15° Fahrenheit"

Slide 4 - Quiz

Bij het weerbericht hoor je wel eens:
"De temperatuur daalt vannacht tot onder het vriespunt."
Wat wordt er bedoeld?
A
De wegen gaan bevriezen
B
Het gaat sneeuwen
C
De lucht gaat bevriezen
D
Het water gaat bevriezen

Slide 5 - Quiz

e haalt een ijsblokje uit de vriezer en legt het op tafel.

Wat gebeurt er met het ijsblokje?
A
Het ijsblokje gaat koken
B
Het ijsblokje smelt
C
Het ijsblokje stolt
D
Het ijsblokje verdampt

Slide 6 - Quiz

Als je ijs en ijzer voldoende verwarmt, smelten ze.

Welke opmerking is waar?
A
IJs en ijzer smelten op dezelfde temperatuur
B
IJs smelt bij een hogere temperatuur
C
IJzer smelt bij een hogere temperatuur
D
De vraag is fout: IJzer kan niet smelten!

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Slide

§1: Ijs, Water, Waterdamp

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide