6. Hoe krijgen we de criminaliteit omlaag?

Maatschappijleer 

CRIMINALITEIT 
6. Hoe krijgen we de criminaliteit omlaag? 
1 / 17
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Maatschappijleer 

CRIMINALITEIT 
6. Hoe krijgen we de criminaliteit omlaag? 

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen welke doelen we met straffen hebben
  2. Verschillende manieren noemen  om criminaliteit te verlagen
  3. Je kent de begrippen preventie en repressie

Slide 2 - Slide

Drie soorten straffen
Rechters leggen in Nederland jaarlijks tussen de 100.000 en 200.000 straffen op.  

Er zijn drie hoofdstraffen: 
  • een geldboete
  • een gevangenisstraf 
  • een taakstraf 

Slide 3 - Slide

Bijkomende straffen of maatregel
Naast de opgelegde straf kun je ook een bijkomende straf of maatregel krijgen.
  • Bijkomende straf: bijvoorbeeld een rijontzegging of beroepsverbod.
  • Maatregel: bijvoorbeeld tbs of een schadevergoeding aan het slachtoffer.

Slide 4 - Slide

Waarom straffen we?
  • Straf dient als afschrikking
  • De dader leren ander gedrag aanleren
  • Door opsluiten wordt de samenleving veiliger.
  • Voor nabestaanden en slachtoffers is het een vorm van wraak of genoegdoening. 

Slide 5 - Slide

Moeder van een jongen die bij een steekpartij ernstig gewond is geraakt: Ik zou willen dat de dader dezelfde pijn kon voelen. Dat kan niet, maar hij gaat gelukkig wel de gevangenis in.
Welke reden om te straffen herken je?
A
Wraak
B
Afschrikking
C
Veiligheid van de samenleving
D
Gedrag verbeteren

Slide 6 - Quiz

Rechter: u krijgt ook een rijontzegging voor 1 jaar. Dan kunt u in ieder geval niet weer een fietser aanrijden.
Welke reden om te straffen herken je?
A
Wraak
B
Afschrikken
C
Veiligheid van de samenleving
D
Gedrag verbeteren

Slide 7 - Quiz

Criminaliteit verminderen
Over het voorkomen van criminaliteit bestaan verschillende meningen. We noemen er een paar:
  • Mensen moet harder gestraft worden. Dit noemen we repressie (repressie =onderdrukking)

  • Daders moeten sneller bestraft worden. 
     Dit noemen we lik-op-stukbeleid. 
 
 


Slide 8 - Slide

Criminaliteit verminderen

Rechters kunnen meer taakstraffen opleggen. Leer- en werkstraffen zorgen ervoor dat daders zich beter gaan gedragen. 

Door meer toezicht en een grotere sociale controle komen daders minder snel in de verleiding. 

Dit noemen we preventie. 

Slide 9 - Slide

Preventie of repressie? 
Politieke partijen denken verschillend over de aanpak van criminaliteit:
  • Linkse partijen leggen de nadruk op preventie van criminaliteit. Bijvoorbeeld door schooluitval tegen te gaan en inkomens beter te verdelen.
  • Rechtse partijen zijn voor een hardere aanpak (repressie) door hogere straffen op te leggen en gebruik te maken van lik-op-stukbeleid.

Slide 10 - Slide

Criminaliteit onder jongeren
Eén van de manieren om toekomstige criminaliteit tegen te gaan is voor de overheid om jeugdcriminaliteit sterk aan te pakken. Dit doen zij onder andere door:
  • Jongeren snel te berechten (heel snel voor de rechter komen)
  • Jongeren helpen aan een baan of opleiding
  • Begeleiding en persoonlijke zorg
  • Jongeren te straffen waar nodig

Slide 11 - Slide

In deze les zijn twee manieren genoemd waarop (door de overheid) met criminaliteit omgegaan kan worden. Welke twee zijn dit?

Slide 12 - Open question

Slide 13 - Video

Na de dood van Anne Faber werd verdachte Michael P. aangehouden. Hij zat vast in een kliniek voor behandeling. Dit is een geval waarbij preventie gefaald heeft. Leg uit waarom dat zo is.

Slide 14 - Open question

Leerdoelen behaald? 
  • Waarom straffen we in Nederland?
  • Wat voor soort straffen kennen we in Nederland
  • Hoe willen de de criminaliteit verminderen?
  • Hoe kijken linkse partijen tegen dit probleem aan?
  • Hoe kijken rechtse partijen tegen dit probleem aan?

Slide 15 - Slide

Zelf aan de slag! 
6 Hoe krijgen we criminaliteit omlaag?
Lezen:  Hoe krijgen we criminaliteit omlaag? Blz. 140-141
Maken:  opdrachten §6: 1 t/m 3, 6, 7, 9, 11

Zie ook studiewijzer in Itslearning

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Link