Voorkennis Exacte waarden van goniometrische verhoudingen

Voorkennis Exacte waarden van goniometrische verhoudingen

Inleiding

Wat weet je al over goniometrische verhoudingen? Introductie van het onderwerp.

Wat weet je al over goniometrische verhoudingen?

Gelijkbenige rechthoekige driehoek en de verhouding van de zijden

Een driehoek met een rechte hoek en twee gelijke zijden, waarbij de zijden zich verhouden als 1:1:√2.

Rechthoekige driehoek met hoeken van 30° en 60° en de verhouding van de zijden

Een driehoek met een rechte hoek en scherpe hoeken van 30° en 60°, waarbij de zijden zich verhouden als 1:2:√3.

Exacte waarden van sinus, cosinus en tangens voor hoeken van 30°, 45° en 60°

Goniometrische functies die de verhouding tussen bepaalde zijden van een rechthoekige driehoek weergeven, specifiek voor hoeken van 30°, 45° en 60°.

Het opstellen van een tabel met goniometrische waarden

Het afleiden van exacte waarden voor sinus, cosinus en tangens en het vastleggen ervan in een tabel.

Samenvatting

Herhaling van de belangrijkste concepten en leerdoelen van de les.

Definities

Gelijkbenige rechthoekige driehoek: Een driehoek met een rechte hoek en twee gelijke zijden, waarbij de zijden zich verhouden als 1:1:√2. Rechthoekige driehoek met hoeken van 30° en 60°: Een driehoek met een rechte hoek en scherpe hoeken van 30° en 60°, waarbij de zijden zich verhouden als 1:2:√3. Sinus, cosinus, tangens: Goniometrische functies die de verhouding tussen bepaalde zijden van een rechthoekige driehoek weergeven, specifiek voor hoeken van 30°, 45° en 60°.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.