What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
bezittelijk en persoonlijk vnw (herhaling)
Persoonlijk voornaamwoord
1 / 20
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 1
This lesson contains
20 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Persoonlijk voornaamwoord
Slide 1 - Slide
Lesdoelen
Na deze les:
- heb je de uitleg van bzv en psv nog eens gekregen.
- heb je met bzv en psv nog eens geoefend.
Slide 2 - Slide
persoonlijk voornaamwoord
IETS IEMAND
De koekjes liggen op tafel.
Ze
zijn lekker.
Ze
lopen naar de tafel toe.
Slide 3 - Slide
Wat is het persoonlijk voornaamwoord in deze zin?
Ik ga een pasfoto laten maken.
A
Ik
B
pasfoto
Slide 4 - Quiz
Wat is het persoonlijk voornaamwoord in deze zin?
Zij wordt later vast zangeres.
A
Zij
B
zangeres
Slide 5 - Quiz
Wat is het persoonlijk voornaamwoord in deze zin?
Mijn vader bakte koekjes. 's Avonds zijn ze door iemand opgegeten.
A
Mijn vader
B
ze
Slide 6 - Quiz
persoonlijk voornaamwoord
ONDERWERP VOORWERP
(geen onderwerp )
De koekjes liggen op tafel.
Ze
zijn lekker. We geven
ze
aan de leerlingen.
Slide 7 - Slide
persoonlijk voornaamwoord
Enkelvoud
Meervoud
Verwijst naar
iemand
Ik
houd van chocola.
ik, jij, je, u, hij, zij, ze, het
--> Onderwerp
Houden
jullie
van chocola?
wij, we, jullie, u, zij, ze
--> Onderwerp
Ik ga samen met
hem
.
mij, me, jou, je, u, hem, haar, het
--> voorwerp
Spreken we bij
ons
af?
ons, jullie, u, hun, hen, ze
--> voorwerp
Verwijst naar
iets
Mag ik die nietmachine even, ik heb
hem
nodig.
Fenna heeft nieuwe sneakers! Ik vind
ze
heel mooi.
Slide 8 - Slide
Is het persoonlijk voornaamwoord
het onderwerp in deze zin?
Hij loopt naar de zee.
A
Wel onderwerp
B
Geen onderwerp
Slide 9 - Quiz
Is het persoonlijk voornaamwoord
het onderwerp in deze zin?
De docent geeft haar een moeilijke opdracht.
A
Wel onderwerp
B
Geen onderwerp
Slide 10 - Quiz
Bezittelijk voornaamwoord
Slide 11 - Slide
bezittelijke voornaamwoorden
Met het bezittelijk voornaamwoord (bzv) geef je aan
van
wie of wat iets is.
Je kunt de volgende bezittelijke voornaamwoorden tegenkomen:
mijn, jouw/je, zijn, haar, uw, ons/onze, jullie, hun
Slide 12 - Slide
persoonlijk voornaamwoord
bezittelijk voornaamwoord
jullie
me
je
haar
hij
uw
ons
ze
hun
zijn
jouw
hem
Slide 13 - Drag question
Een bezittelijk voornaamwoord ...
A
zegt iets over een werkwoord
B
geeft aan wie iets doet
C
geeft aan hoe iemand zich voelt
D
geeft aan van wie iets is
Slide 14 - Quiz
Wat is een voorbeeld van een bezittelijk voornaamwoord?
A
ik
B
vergissen
C
mijn
D
me
Slide 15 - Quiz
In welke zin heb je een bezittelijk voornaamwoord?
A
Jij bent lief.
B
Je vader is lief.
C
Ik ben lief.
D
Hij is erg lief.
Slide 16 - Quiz
Sleep alle woorden naar de juiste woordsoort
werkwoord
bijvoeglijk naamwoord
zelfstandig naamwoord
persoonlijk voornaamwoord
bezittelijk voornaamwoord
Hij
is
onze
mooie
trouwdag
vergeten.
Slide 17 - Drag question
Loop jij een rondje met mijn lieve hond?
persoonlijk voornaamwoord
werkwoord
bezittelijk voornaamwoord
bijvoeglijk naamwoord
lidwoord
loop
jij
een
mijn
lieve
Slide 18 - Drag question
Maakt haar verhaal jou ook zo vrolijk?
werkwoord
bezittelijk voornaamwoord
zelfstandig naamwoord
persoonlijk voornaamwoord
Maakt
haar
verhaal
jou
Slide 19 - Drag question
Bij deze les horen opdracht
7 + 8 van H2 grammatica.
Slide 20 - Slide
More lessons like this
Hybride les 5.7 Grammatica les 1&2
May 2021
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
voegwoord, PSV en bez vnw vwo 1 (Max editie)
February 2018
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
2 kader 2.7 Grammatica -1
January 2021
- Lesson with
33 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Grammatica 4.4
February 2018
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
H4L22 - 1VMA - Vrijdag 14 juni - Grammatica - persoonlijk voornaamwoord en bezittelijk voornaamwoord
June 2024
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 1
H4L22 - 1VMA - Vrijdag 14 juni - Grammatica - persoonlijk voornaamwoord en bezittelijk voornaamwoord
June 2024
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 1
H3.7 Grammatica > woordsoorten
March 2021
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Grammatica 5.7 les 1 en 2
May 2024
- Lesson with
35 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1