Grammatica zinsdelen - Het onderwerp
Hoe vind je het ow?
1. Zoek het wwg
2. Vraag: wie/wat + wwg
Voorbeeld:
Jasmine's vader ging naar de BMW-dealer voor een proefrit.
wwg= ging
ow: wie/wat ging? Jasmine's vader
Nog een aantal voorbeelden:
> Tijdens het skypen viel de internetverbinding steeds weg.
wwg= viel weg
ow= wie/wat viel weg? de internetverbinding
> Die wedstrijd gaan we zeker winnen.
wwg= gaan winnen
ow= wie/ wat gaan winnen? we