2.2 Oplossen met inklemmen - 6

Welkom
Hoofdstuk 2 
Paragraaf 2.2 oplossen met inklemmen
1 / 23
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom
Hoofdstuk 2 
Paragraaf 2.2 oplossen met inklemmen

Slide 1 - Slide

Wat gaan we deze les doen?
  • Nakijken
  • Terugblik
  • Doelen van deze les
  • Zelfstandig werken
  • Verlengde instructie
  • Afsluiting / vooruitblik

Slide 2 - Slide

Nakijken

Opdracht 24 t/m 28

Slide 3 - Slide

- formule
- tabel
- grafiek
- begingetal
- stijggetal
- daalgetal 
- getal onder de hand
- inklemmen
Wat weten we al?

Slide 4 - Slide

Lesdoel
check

Slide 5 - Slide

Aan het einde van de les...
.......kun je een vergelijking oplossen met inklemmen

Slide 6 - Slide

Wat is inklemmen?
A
Bij inklemmen teken je eerst de grafiek en ga je dan opzoek naar de oplossing.
B
Bij inklemmen ga je eigenlijk gewoon steeds een antwoord proberen.
C
Bij inklemmen gok je het antwoord.

Slide 7 - Quiz

Los op met inklemmen betekent:
A
Getallen invullen in de formule
B
Getallen opschrijven zonder tabel
C
Een oplossing zoeken door de grafiek te tekenen
D
Geen enkel antwoord is goed

Slide 8 - Quiz

Inklemmen
  • Inklemmen is het oplossen van de vergelijking

Slide 9 - Slide


Bert werkt in een supermarkt.
Zijn inkomsten berekent hij met de formule
inkomsten= 3,45 + 4,85 x tijd in uren.
Op een dag verdient Bert 42,25
Welke vergelijking hoort hierbij?
A
3,45 + 4,85 x tijd in uren
B
3,45 + 4,85 x 42,25
C
3,45 + 4,85 x tijd in uren= 42,25
D
3,45 + 4,85 x tijd in uren

Slide 10 - Quiz


Bert werkt in een supermarkt.
De vergelijking is dus:
3,45 + 4,85 x tijd in uren= 42,25.

Hoeveel uur heeft hij gewerkt? Los op met inklemmen
A
6 uur
B
7 uur
C
8 uur
D
9 uur

Slide 11 - Quiz

Sam verdient volgens de volgende formule:
inkomsten in euro = 3,50 + 4,25 x tijd in uren

Hij verdient 41,75 euro.
Welke vergelijking hoort hierbij?

Slide 12 - Open question

Sam verdient volgens de volgende formule:
inkomsten in euro = 3,50 + 4,25 x tijd in uren

Hij verdient 41,75 euro. Hoeveel uur heeft hij gewerkt?
De vergelijking: 3,50 + 4,25 x tijd in uren= 41,75.
Los op met inklemmen.

Slide 13 - Open question

Aan de slag met
Opgave 30 t/m 33
blz. 86 t/m 87


Eerste 8 minuten in STILTE werken
timer
20:00

Slide 14 - Slide

Lesdoel
check

Slide 15 - Slide

Aan het einde van de les...
.......kun je een vergelijking oplossen met inklemmen

Slide 16 - Slide

Wat is inklemmen?
A
Bij inklemmen teken je eerst de grafiek en ga je dan opzoek naar de oplossing.
B
Bij inklemmen ga je eigenlijk gewoon steeds een antwoord proberen.
C
Bij inklemmen gok je het antwoord.

Slide 17 - Quiz

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 18 - Open question

Hoe goed heb jij opgelet?
Geef jezelf een cijfer
110

Slide 19 - Poll

Vooruitblik 


Wat gaan we de volgende les doen:
Oplossen met inklemmen

Slide 20 - Slide

Inklemmen hoe werkt dat nu?
Inklemmen is eigenlijk slim gokken.
Hoe kun je slim gokken?

Slide 21 - Slide

Som 24 blz 83.
Hoeveel water heeft Agnes verbruikt?
A
65,36 m³
B
38 m³
C
40 m³
D
69 m³

Slide 22 - Quiz

Huiswerk


Opdracht: 14 t/m 33 + rekenbreak

Slide 23 - Slide