Lezen blok 3: zoekend lezen

Nederlands
Lezen blok 3
Donderdag 25 februari 2021
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

Nederlands
Lezen blok 3
Donderdag 25 februari 2021

Slide 1 - Slide

Wat gaan we deze les doen?
Huiswerk nakijken: opdracht 39, 40 en 42
Uitleg zoekend lezen
Huiswerk maandag 1 maart

Slide 2 - Slide

Wat gaan we deze les doen?
Huiswerk nakijken: opdracht 39, 40 en 42
Uitleg zoekend lezen
Huiswerk maandag 1 maart

Je kan informatie in een tekst vinden door zoekend te lezen.

Slide 3 - Slide

Opdracht 39

Slide 4 - Slide

Opdracht 39
1.

Slide 5 - Slide

Opdracht 39
1. Inleiding: alinea 1.
  Er tot en met voor
 

Slide 6 - Slide

Opdracht 39
1. Inleiding: alinea 1.
  Er tot en met voor
 Middenstuk: alinea’s 2, 3, 4.
 Als tot en met wonen
 Maar tot en met maken
 De tot en met stad


Slide 7 - Slide

Opdracht 39
1. Inleiding: alinea 1.
  Er tot en met voor
 Middenstuk: alinea’s 2, 3, 4.
 Als tot en met wonen
 Maar tot en met maken
 De tot en met stad
 Slot: alinea 5. 
 Dat tot en met voeren

Slide 8 - Slide

Opdracht 40

Slide 9 - Slide

Opdracht 40
1. 

2. 

3. 

Slide 10 - Slide

Opdracht 40
1. Deze zin hoort thuis in het slot, want een schrijver kan zijn tekst afsluiten door te vertellen wat hij hoopt.
2. 

3. 

Slide 11 - Slide

Opdracht 40
1. Deze zin hoort thuis in het slot, want een schrijver kan zijn tekst afsluiten door te vertellen wat hij hoopt.
2. Deze zin hoort thuis in de inleiding, want de schrijver vertelt wat het onderwerp van de tekst is.
3. 

Slide 12 - Slide

Opdracht 40
1. Deze zin hoort thuis in het slot, want een schrijver kan zijn tekst afsluiten door te vertellen wat hij hoopt.
2. Deze zin hoort thuis in de inleiding, want de schrijver vertelt wat het onderwerp van de tekst is.
3. Deze zin hoort thuis in het middenstuk, want de schrijver vertelt iets over het onderwerp.

Slide 13 - Slide

Opdracht 40
1. Deze zin hoort thuis in het slot, want een schrijver kan zijn tekst afsluiten door te vertellen wat hij hoopt.
2. Deze zin hoort thuis in de inleiding, want de schrijver vertelt wat het onderwerp van de tekst is.
3. Deze zin hoort thuis in het middenstuk, want de schrijver vertelt iets over het onderwerp.

Slide 14 - Slide

Opdracht 42

Slide 15 - Slide

Opdracht 42
1. 

Slide 16 - Slide

Opdracht 42
1. In schoolboeken (aardrijkskundeboek).

Slide 17 - Slide

Opdracht 42
1. In schoolboeken (aardrijkskundeboek).
2. 

Slide 18 - Slide

Opdracht 42
1. In schoolboeken (aardrijkskundeboek).
2. (bossen in) het Amazonegebied.

Slide 19 - Slide

Opdracht 42
1. In schoolboeken (aardrijkskundeboek).
2. (bossen in) het Amazonegebied.
4. 

Slide 20 - Slide

Opdracht 42
1. In schoolboeken (aardrijkskundeboek).
2. (bossen in) het Amazonegebied.
4. D  -  Uitleg geven

Slide 21 - Slide

Opdracht 42
1. In schoolboeken (aardrijkskundeboek).
2. (bossen in) het Amazonegebied.
4. D  -  Uitleg geven
5. 

Slide 22 - Slide

Opdracht 42
1. In schoolboeken (aardrijkskundeboek).
2. (bossen in) het Amazonegebied.
4. D  -  Uitleg geven
5. 8 alinea's

Slide 23 - Slide

Zoekend lezen

Slide 24 - Slide

Zoekend lezen
Je leest zoekend als je in een tekst het antwoord op een vraag zoekt. 

Slide 25 - Slide

Zoekend lezen
Je leest zoekend als je in een tekst het antwoord op een vraag zoekt. Je hoeft niet de hele tekst te lezen, maar je let op anders gedrukte woorden. 

Slide 26 - Slide

Zoekend lezen
Je leest zoekend als je in een tekst het antwoord op een vraag zoekt. Je hoeft niet de hele tekst te lezen, maar je let op anders gedrukte woorden. 

Wat zijn anders gedrukte woorden?

Slide 27 - Slide

Wat zijn anders gedrukte woorden?

Slide 28 - Open question

Zoekend lezen
Je leest zoekend als je in een tekst het antwoord op een vraag zoekt. Je hoeft niet de hele tekst te lezen, maar je let op anders gedrukte woorden. 

Anders gedrukte woorden zijn: dikgedrukt, schuingedrukt of GROOT GEDRUKT.

Slide 29 - Slide

Zoekend lezen
Je leest zoekend als je in een tekst het antwoord op een vraag zoekt. Je hoeft niet de hele tekst te lezen, maar je let op anders gedrukte woorden. 

Anders gedrukte woorden zijn: dikgedrukt, schuingedrukt of GROOT GEDRUKT.
Tussenkopjes kunnen je ook helpen bij zoekend lezen. 

Slide 30 - Slide

Huiswerk maandag 1 maart
Lezen blok 3 
Opdracht 43 

Slide 31 - Slide