En noem nu de laatste twee kenmerken van een goede tekst
Slide 4 - Slide
De informatie in de tekst klopt;
Bij welk kenmerk hoort deze uitspraak?(bijvoorbeeld: juiste toon)
Slide 5 - Slide
De woorden zijn goed gespeld
Bij welk kenmerk hoort deze uitspraak?(bijvoorbeeld: juiste toon)
Slide 6 - Slide
De zinnen in de tekst zijn afwisselend lang en kort
Bij welk kenmerk hoort deze uitspraak?(bijvoorbeeld: juiste toon)
Slide 7 - Slide
Geachte mevrouw Smit, helaas moet ik de afspraak die wij gemaakt hebben afzeggen. Ik probeer u vandaag te bellen voor een nieuwe afspraak. Met vriendelijke groet,
Cindy Suurd
Formeel of informeel?
Slide 8 - Slide
Beste Piet,
Ik ben er vanmiddag niet. Sorrry.... Bel je later!
Ciao!
Formeel of informeel?
Slide 9 - Slide
Stel je voor: Je moet naar de ortho en je moet zelf een mail sturen dat je niet kan komen omdat er iets tussen is gekomen.
Leg uit of je dat formeel of informeel gaat doen en welke woorden daar een beetje bij horen
Slide 10 - Slide
Hoe maak je je eigen barbie-club?
Voor wie is de tekst geschreven, als dit de titel zou zijn?
Slide 11 - Slide
Hoe maak je je eigen barbie-club?
Voor wie is de tekst geschreven, als dit de titel zou zijn?
Slide 12 - Slide
Hoe maak je overheerlijke brownies?
Wat voor soort tekst is dit?
Slide 13 - Slide
Hoe maak je overheerlijke brownies?
Wat is het tekstdoel van deze tekst?
Slide 14 - Slide
Wat is de eerste stap in het stappenplan voor het schrijven van een goede tekst?
Slide 15 - Slide
Wat is de tweede stap in het stappenplan voor het schrijven van een goede tekst?
Slide 16 - Slide
Wat is de derde stap in het stappenplan voor het schrijven van een goede tekst?
Slide 17 - Slide
Wat is de vierde stap in het stappenplan voor het schrijven van een goede tekst?
Slide 18 - Slide
Wat is de vijfde stap in het stappenplan voor het schrijven van een goede tekst?
Slide 19 - Slide
Wat is de zesde stap in het stappenplan voor het schrijven van een goede tekst?
Slide 20 - Slide
Onderwerp+hoofdgedachte
wat is het verschil?
Slide 21 - Slide
Onderwerp+hoofdgedachte
Wat gebruik ik van de tekst om het onderwerp te vinden?
Slide 22 - Slide
Onderwerp+hoofdgedachte
Waar in de tekst kan ik de hoofdgedachte vinden?
Slide 23 - Slide
Titel en tussenkopjes
Welke twee functies kan een titel hebben?
Slide 24 - Slide
Titel en tussenkopjes
Op welke drie manieren kan een deelonderwerp door een tussenkopje geïntroduceerd worden?
Lesson duration is: 60 min
