A.
1. Soms moet je sterven om te kunnen overleven.
2. Dat boek is helemaal niet zo beroerd geschreven als men wel beweert.
3. “Ik ben vandaag tien jaar ouder geworden”, hijgde de winnaar van de marathon.
4. Met opgeheven wapenstok verzocht de ME de vandalen vriendelijk doch dringend het speelveld te verlaten.
5. De rechercheur verdacht de Amsterdammer van een aantal misdadige delicten.
6. Het arme hondje bibberde en beefde van de kou.
7. De verwachte beweerde bij hoog en laag dat hij onschuldig was.
8. Nooit meer lachen, nooit meer huilen. Nooit meer opstaan, nooit meer slapen…
9. De politica werd bedolven onder een zee van kritiek.
10. De bokser gaf zijn tegenstander een aai over de wang.