5.3 Postindustrieel Nederland

5 Nederland na 1945
5.3 Postindustrieel Nederland
1 / 12
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with text slides.

Items in this lesson

5 Nederland na 1945
5.3 Postindustrieel Nederland

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?

  1. Welkom 5 min
  2. Uitleg 4.2 20 min
  3. Samen werken 15 min
  4. Zelfstandig werken 15 min
  5. Afsluiten 5 min
Autoloze zondag 1973

Slide 2 - Slide

Agenda invullen

Vul in bij dinsdag 8 maart:
  • Maken: Alle opdrachten van 5.3
  • Schrijf jouw samenvatting/ tijdlijn/ begrippenlijst  van P5.2 ter voorbereiding van de toets in DT 6. 



Slide 3 - Slide

Bouwstenen P5.3
Aan het eind van deze les kun je uitleggen:
-hoe de economie zich ontwikkelde vanaf 1973
-hoe de verzorgingsstaat werd beperkt
-hoe de samenleving invloed had op de politiek
-wat in 1983 werd gewijzigd in de grondwet

Automatisering autofabriek

Slide 4 - Slide

De economie vanaf 1973
  • 1973: Stijging olieprijs + hoge kosten lonen en uitkeringen --> Economische crisis
  • Vanaf 1973: Veel productie naar lagelonenlanden + automatisering
  • Er ontstond grote werkloosheid.
Demonstratie 1982, Rotterdam

Slide 5 - Slide

De economie vanaf 1973
  • Na 1985 groeide de economie weer
  • We kregen een postindustriële samenleving, in 2000 werkte bijna driekwart van de mensen in de dienstensector.
  • Vanaf 1990 ontstond de informatiemaatschappij.
  • Van 2008 tot 2016 economische crisis, door automatisering verdwenen veel kantoorbanen. 

Slide 6 - Slide

Beperking van de verzorgingsstaat
  • Vanaf 1973 lopen de kosten van de verzorginsstaat te hard op.
  • In de jaren '80 worden daarom de WAO-uitkeringen verlaagd en werden mensen met een uitkering opnieuw gekeurd.

Nerderland veranderde in een participatiesamenleving: iedereen neemt verantwoordelijkheid voor zijn/haar eigen leven en omgeving. 

Slide 7 - Slide

Samenleving en politiek
  • Pluriforme samenleving zorgde er ook voor dat de rechten en vrijheden van individuen toenamen.
  • 2002: Nederland eerste land met homohuwelijk.
  • Maar vanaf 1990 ook meer conservatisme: mensen die verlangden naar vroeger. 

Slide 8 - Slide

Samenleving en politiek
  • Er komt steeds meer kritiek op verschillende zaken; migranten in Nederland, verschil arm en rijk, verschil politiek en gewone volk. 

Er kwamen nieuwe populistische partijen:
  • SP: tegen afbraak verzorgingsstaat en sociale ongelijkheid
  • LPF: Nationalistisch en tegen (moslim)migranten

Pim Fortuyn wordt voor de verkiezingen van 2002 doodgeschoten door een milieuactivist.

Slide 9 - Slide

De grondwet van 1983
  • Er zijn veel verschillende meningen in Nederland, maar de basiswaarden zijn aardig gelijk.
  • 1848: Klassieke grondrechten ingevoerd (beschermen de vrijheden van de burgers), Nederland kon zo een open samenleving worden, met ruimte voor kritiek en ideeën. 
  • 1983: invoering sociale grondrechten: overheid bevordert het welzijn van burgers. + Artikel 1 van de grondwet wordt gewijzigd. 

Slide 10 - Slide

Vrouwen- en mannenemancipatie
  • Tot in de jaren '60 was er een duidelijke rolverdeling thuis.
  • Daarna werd het steeds normaler dat vrouwen ook gingen werken.
  • In een onderzoek in 2017 bleek dat vrouwen nog steeds meer taken uitvoeren thuis en minder werken/verdienen. --> Het verschil wordt wel steeds kleiner... 

Slide 11 - Slide

  • Lees de tekst.
  •  Maak de opdrachten: Alle opdrachten van 5.3
  • Klascode: evzsr

Als je klaar bent is het handig om vast te beginnen aan een samenvatting / begrippenlijst / tijdlijn / quizlet over deze paragraaf. In deeltaak zes heb je een toets over H4, 5 & 6! 


timer
12:00

Slide 12 - Slide