VzVee - herhaling statusziekten

VzVee - herhaling gezondheidsstatussen
1 / 26
next
Slide 1: Slide
MelkveehouderijMBOStudiejaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

VzVee - herhaling gezondheidsstatussen

Slide 1 - Slide

Deze les
  • Gezondheidsstatussen --> waarom eigenlijk? 
  • Herhalen inhoud

Slide 2 - Slide

Statusziekten
Waarom eigenlijk? --> Dus waarom zijn de NL melkveehouders verplicht een gezondheidsstatus te hebben voor: IBR, BVD, para, lepto en salmonella?
En hoe doen de landen om ons heen het? Kies: België! 

Zoek dat eens uit in tweetallen! 
10 minuten



Slide 3 - Slide

Statusziekten
IBR: veroorzaakt directe schade op rundveebedrijven en leidt tot handelsbelemmeringen voor export van vee, sperma en embryo's.

BVD: is een wereldwijd veel voorkomende infectie onder rundvee en het BVD-virus kan op rundveebedrijven grote economische schade veroorzaken.





Slide 4 - Slide

Statusziekten
ParaTBC:  veroorzaakt grote economische schade.

Lepto: De zuivel heeft in zijn kwaliteitsrichtlijnen dan ook opgenomen dat melk afkomstig moet zijn van leptospirose-vrije runderen.

Salmonella: Zoönose!

Slide 5 - Slide

België
IBR: Sinds 2012 verplicht om vrij te worden --> Gaat het redden om in 2027 vrij te zijn
BVD: in 2020 was 99,2% van de bedrijven vrij
Para: zelfde als bij ons, ook status A,B,C
Salmonella en lepto: net als bij ons!

Slide 6 - Slide

IBR en BVD bestrijding

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

IBR en BVD - Tankmelkonderzoek
IBR: minimaal 9x per jaar tankmelkonderzoek --> Wordt positief als >10% van de melk antistoffen bevat tegen IBR
BVD: minimaal 4x per jaar tankmelkonderzoek --> Wordt positief als >30% van de melk antistoffen bevat tegen IBR

Slide 9 - Slide

Uit welke drie onderdelen bestaat koemonitor?

Slide 10 - Open question

Wat betekent het als een dierdagdosering van een melkveebedrijf 2,5 is?

Slide 11 - Open question

Wat voor ziekte is paratuberculose?
A
Een ongeneeslijke mastitis
B
Een ongeneeslijke darmontsteking
C
Een ongeneeslijke longontsteking
D
Een acute darmontsteking

Slide 12 - Quiz

Voor welke bacterieziekte heeft een bedrijf status n1, n2 of n3?
A
Leptospirose
B
Salmonella
C
Paratuberculose

Slide 13 - Quiz

Tegen welke van onderstaande ziekten mag je vaccineren bij koeien?
A
Leptospirose
B
Salmonella
C
Pararuberculose
D
IBR

Slide 14 - Quiz

Wat zegt het als een veehouder status C heeft voor paratuberculose?
A
Dan zijn er geen besmette dieren op het bedrijf
B
Dan waren er besmette dieren, maar tijdig afgevoerd
C
Dan zijn er besmette dieren aanwezig die niet zijn afgevoerd
D
Deze status bestaat niet

Slide 15 - Quiz

Welke ziekte wordt overdragen via besmette urine?
A
Leptospirose
B
Salmonella
C
Paratuberculose

Slide 16 - Quiz

Bij welke ziekte kan een koe ook genezen ipv een drager worden?
A
Salmonella
B
IBR
C
Paratuberculose

Slide 17 - Quiz

Welke bacterie overleeft in de nieren van koeien?
A
Leptospirose
B
Salmonella
C
Paratuberculose

Slide 18 - Quiz

Welke bacterieziekte heeft over het algemeen de langste incubatietijd ?
A
Leptospirose
B
Salmonella
C
Paratuberculose

Slide 19 - Quiz

Hoe wordt de ziekte genoemd die veehouders kunnen krijgen van koeien die leptospirose hebben?
A
Q-koorts
B
Ziekte van Crohn
C
Ziekte van Lyme
D
Melkerskoorts

Slide 20 - Quiz

Indien jij als veehouder status A hebt voor paratuberculose, hoe vaak wordt er dan individueel melkonderzoek gedaan voor paratuberculose?
A
eens per jaar
B
eens per twee jaar
C
helemaal niet

Slide 21 - Quiz

Indien een koe IBR heeft gehad, dan ...
A
Blijft zij levenslang drager
B
kan zij drager worden, maar dat hoeft niet
C
Herstelt zij en wordt ze geen drager

Slide 22 - Quiz

Indien een koe een besmetting met BVD doormaakt, dan ....
A
blijft zij virusdrager
B
blijft zij antistoffen positief, maar scheidt ze geen virus meer uit na een tijdje
C
Wordt ze weer helemaal negatief, ook geen antistoffen meer

Slide 23 - Quiz

Welk van de onderstaande verschijnselen zie je bij een acute IBR infectie?
A
Baarmoederontsteking
B
Gewrichtsontsteking
C
Vieze neusuitvloeiing
D
Uierontsteking

Slide 24 - Quiz

Hoe kun je het snelst uitvinden of een koe klinisch/acuut IBR heeft?
A
Melk onderzoek
B
Mest onderzoek
C
neusswab nemen
D
Bloedtappen

Slide 25 - Quiz

Hoe komt het dat je wat vage verschijnselen ziet bij koeien die een BVD infectie doormaken?
A
BVD gaat naar de hersenen
B
BVD pakt de witte bloedcellen aan waardoor die minder goed werken
C
BVD verspreid zich via de longen

Slide 26 - Quiz