This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
- wat fictie en non-fictie is;
- wat realistische fictie en niet-realistische fictie is.
Verzonnen verhalen. De schrijver fantaseert, heeft het verhaal zelf bedacht.
Geschreven om je te vermaken.
Voorbeelden:
Leesboek, stripverhaal, musical, game, film, poëzie
Teksten over de werkelijkheid. Wat er staat, is echt gebeurd en geeft informatie.
Geschreven om je te informeren of instrueren.
Nieuwsbericht, biografie, journaal, schoolboek, kookboek
Fictie kan realistisch of niet-realistisch zijn