What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Vertaling van NAAR
Fliegt ihr
nach
Spanien?
Nein, wir fliegen
in die
U.S.A..
Felix geht heute
zum
Arzt.
Sollen wir am Wochenende
ins
Kino gehen?
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3,4
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Fliegt ihr
nach
Spanien?
Nein, wir fliegen
in die
U.S.A..
Felix geht heute
zum
Arzt.
Sollen wir am Wochenende
ins
Kino gehen?
Slide 1 - Slide
"naar" vertalen met
'nach', 'zu' of 'in'
Slide 2 - Slide
Lernziel
Aan het eind van de les kan je:
-de verschillende vormen van "naar" benoemen.
-verschillende situaties benoemen
-een samentrekking verklaren
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
nach
bij steden en landen zonder lidwoord
nach Berlin, nach Deutschland
bij richtingen
nach rechts, nach oben
Slide 5 - Slide
zu
bij personen
zum Zahnarzt,
zur
Großmutter,
zu den Eltern
bij gebouwen
zum
Supermarkt, zum Bahnhof, zum Stadion
(zum = zu dem) (zur= zu der)
Slide 6 - Slide
uitzondering
zu Hause of nach Hause
nach Hause gehen/fahren/kommen
nog onderweg
zu Hause sein
dan ben je er al
Slide 7 - Slide
in
bij landen met een lidwoord
in die Türkei, in die Schweiz, in die Niederlande
vaste combinaties
in die Kirche, in die Disko, ins Schwimmbad
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Üben
Kies in elke zin tussen nach, zu of in.
Slide 10 - Slide
Fahrt ihr dieses Jahr in den Urlaub ... Frankreich?
A
nach
B
zu
C
in
Slide 11 - Quiz
Nein, wir fahren ... die Türkei. Und du?
A
nach
B
zu
C
in
Slide 12 - Quiz
Wir fahren ... die Schweiz.
A
nach
B
zu
C
in
Slide 13 - Quiz
Ist es noch weit ... dem Freizeitpark?
A
nach
B
zu
C
in
Slide 14 - Quiz
An den Ampeln fahren Sie ... rechts.
A
nach
B
zu
C
in
Slide 15 - Quiz
An den Ampeln ... links?
A
nach
B
zu
C
in
Slide 16 - Quiz
Nein, ... rechts.
A
nach
B
zu
C
in
Slide 17 - Quiz
Und dann ... oben, den Berg hinauf.
A
nach
B
zu
C
in
Slide 18 - Quiz
Um sechs schließt der Park. Dann fahren wir wieder ... Hause.
A
nach
B
zu
C
in
Slide 19 - Quiz
Dann sind wir so gegen neun ... Hause.
A
nach
B
zu
C
in
Slide 20 - Quiz
Geh mal ... der Kasse und kaufe die Eintrittskarten.
A
nach
B
zu
C
in
Slide 21 - Quiz
More lessons like this
4TG K2 nach, zu, in
September 2016
- Lesson with
19 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
hulpwerkwoorden verleden tijd en vertaling NAAR
March 2024
- Lesson with
22 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Unterrichtswoche 5 Les 1: Ferien/nach/zu/in (Grammatik)
March 2022
- Lesson with
23 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4
Uitleg zu, nach, in
October 2018
- Lesson with
21 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Uitleg zu, nach, in
December 2018
- Lesson with
21 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Uitleg & oefenen met de voorzetsels zu, nach, in
May 2023
- Lesson with
19 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Vertaling van NAAR
March 2023
- Lesson with
20 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3,4
Unterrichtswoche 5 Les 1: Keuzevoorzetsels
March 2022
- Lesson with
37 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2-4