This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
Leerdoelen
Je kent het verschil tussen de korte en lange kringloop en tussen stijgingsregen en stuwingsregen.
Je begrijpt hoe regen ontstaat en hoe de waterkringloop werkt
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Korte waterkringloop
water verdampt uit zee
hoog in de lucht verandert waterdamp in druppels (dat heet condensatie)
valt via de neerslag terug in zee
Slide 3 - Slide
Lange kringloop
water verdampt uit zee
wind waait waterdamp naar land
Neerslag gaat terug naar zee, vooral via de rivieren en grondwater
Slide 4 - Slide
Korte kringloop
Lange kringloop
Neerslag
Slide 5 - Slide
Water heeft drie vormen: vloeibaar water, waterdamp (gasvorm), ijs (vaste vorm)
In de waterkringloop verandert het water steeds van vorm.
afgekoelde waterdamp wordt condens (kleine druppels)
bron 10 -->
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Ontstaan van wolken.
Zet de zinnen in de goede volgorde, begin met 1.
1
de zon verwarmt het zeewater
2
waterdamp in afgekoelde lucht condenseert
3
warme lucht is licht en stijgt
4
stijgende lucht koelt af
5
warm zeewater verdampt
6
er ontstaan wolken
timer
1:00
Slide 8 - Slide
1-5-3-4-2-6
Slide 9 - Slide
Neerslag
Sneeuw
Gletsjer
Verdamping
Condensatie
Wolken
Grondwater
Slide 10 - Drag question
Slide 11 - Video
Stijgingsregen
Stijgingsregen ontstaat doordat er warme lucht opstijgt. Daarboven koelt hij ook weer af. Door de afkoeling ontstaan druppels (condensatie) en deze vallen uiteindelijk naar beneden.
Dit gebeurt vooral veel in de tropen.
Slide 12 - Slide
Stijgingsregen
Slide 13 - Slide
Stuwingsregen
Ontstaat bij gebergte. De natte lucht wordt opgestuwd omdat hij anders niet over de berg heen kan. De lucht wordt dus omhoog geduwd.
De lucht koelt weer af waardoor er regen ontstaat.
Slide 14 - Slide
Stuwingsregen
Slide 15 - Slide
Het ontstaan van stuwingsregen:
Vochtige zeelucht stijgt tegen de bergen op
Waterdamp condenseert - wolken
Neerslag aan de zeekant van het gebergte
Andere kant is droog
Slide 16 - Slide
Welke soort regen kom je tegen in een tropisch regenwoud
A
Stijgingsregen
B
Stuwingsregen
Slide 17 - Quiz
Frontale neerslag
is als warme en koude lucht botsen met elkaar.
Het front ligt op het punt waar de koude en warme lucht elkaar raken.
De koude lucht is zwaarder en dwingt de warme lucht om op te stijgen en daardoor ontstaat regen. Dit hebben we vaak in Nederland.
Slide 18 - Slide
Stijgingsneerslag
Frontale neerslag
Stuwingsneerslag
Slide 19 - Drag question
Warme en koude lucht botsen met elkaar
Warme lucht stijgt op. Daarboven koelt hij ook weer af. Door de afkoeling ontstaan druppels/regen
De lucht wordt omhoog gestuwd,
Door de afkoeling ontstaan druppels/regen
Slide 20 - Drag question
richting van de warme lucht
Stuwingsneerslag
Frontale neerslag
Stijgingsneerslag
Slide 21 - Slide
Wat is tegenovergestelde van condensatie?
A
Vriezen
B
Smelten
C
Verdampen
Slide 22 - Quiz
Water verandert van vorm
1. water wordt verwarmd waterdamp (verdamping)
2. waterdamp wordt afgekoeld druppels (condensatie)
3. water wordt afgekoeld ijs ( bevriezen)
4. ijs wordt verwarmd water (smelten)
Slide 23 - Slide
Hoe noem je verandering van de waterdamp naar de druppels?
Slide 24 - Open question
Wat is de korte waterkringloop? (leerdoel)
A
De waterkringloop boven een rivier
B
De waterkringloop op een berg
C
De waterkringloop boven zee
D
De waterkringloop in de wolken
Slide 25 - Quiz
Wat is de lange waterkringloop? (leerdoel)
A
Oneindig proces waarbij water wordt gezuiverd tot nieuw drinkwater
B
Het proces waarbij zeewater na verdamping uit zee via wolken in
zee terug valt.
C
Het proces waarbij zeewater na verdamping uit zee, via wolken,
neerslag, grondwater en rivieren weer terugstroomt naar zee.
D
Oneindig proces waarbij het eind weer aansluit op het begin
Slide 26 - Quiz
Stijgingsregen ontstaat doordat: (leerdoel)
A
Lucht opstijgt, afkoelt, waterdamp condenseert, er ontstaan waterdruppels
B
Lucht opstijgt, opwarmt, verdampt en daarna ontstaan waterdruppels
C
Lucht opstijgt, naar een ander land vertrekt voor een betere toekomst
D
Lucht opstijgt, afkoelt, opdroogt en daarna komen er waterdruppels
Slide 27 - Quiz
Hoe ontstaat stuwingsregen? (leerdoel)
A
Lucht stijgt op, koelt af en er ontstaat neerslag
B
Lucht stijgt op, warmt op en er ontstaat neerslag
C
Lucht daalt, koelt af en er ontstaat neerslag
D
Lucht daalt, warmt op en er ontstaat neerslag
Slide 28 - Quiz
Voor nu
Huiswerk paragraaf 3.3 blz. 68 & 69 OF Leren voor het SO.