Chapitre 2 E F

• Frans
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Chapitre 2 E + F

Quizzzzzzzz 

en

vervolg bron F

Wat betekent parler?

1. vinden
2. kopen
3. praten
4. altijd

Wat betekent: fou de /folle de?

1. blijven
2. in
3. gek op
4. nu

Wat betekent entrer?

1. ik heb honger
2. binnenkomen
3. het kledingstuk
4. blijven

Traduis: l'enfant

1. het kind
2. de afspraak
3. helpen
4. altijd

Wat betekent: 'je voudrais une baguette'?

1. Ik begrijp het niet
2. Ik wil graag een stokbrood
3. Ik heb nodig
4. Tot ziens

Hoe zeg je in het Frans: 'ik begrijp het niet'?

1. Vous avez deux croissants?
2. Ça coute combien?
3. Je ne comprends pas
4. Je vais bien

Vertaal:
De bakkerij

1. l'argent
2. le magasin
3. la boulangerie
4. le vêtement

ik heb honger

1. j'ai soif
2. j'ai envie
3. j'ai faim
4. j'ai faime

mogelijk

1. difficile
2. sévère
3. possible
4. libre

Le pain au chocolat

1. het chocoladebroodje
2. chocoladebroodje

maintenant

1. nog
2. nu
3. nooit
4. hier

beaucoup

1. wanneer
2. morgen
3. waarom
4. veel

Traduis: au revoir

1. ooievaar
2. sorry
3. tot ziens
4. dankjewel

Wat betekent:
important

1. het kind
2. de afspraak
3. belangrijk
4. helpen

einde quizzzzzz

Bron F 

24d

Geluidsfragmenten:

25 a, b

26 a

26b: opzoeken dans le texte page 81