Schrijfopdracht 3D

Welkom!
Leg je boeken op tafel en ga rustig op je plek zitten
Leg je huiswerk op de hoek van je tafel (opdracht 4 t/m 6 op bladzijde 55-56)
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!
Leg je boeken op tafel en ga rustig op je plek zitten
Leg je huiswerk op de hoek van je tafel (opdracht 4 t/m 6 op bladzijde 55-56)

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Schrijfopdracht 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we vandaag doen?
- Huiswerk bespreken
- Theorie
- Werken aan de opdracht 

Aan het einde van de les heb je de voorbereidingen gedaan voor de schrijfopdracht. 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Presentaties 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk bespreken
Opdracht 4 t/m 6 op bladzijde 55-56 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Theorie 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Framing 
Wat is framing?

  • Framing is het bewust gebruiken van woorden die positieve of negatieve associaties oproepen. Op die manier kun je het standpunt van iemand beïnvloeden. Het is dus een manier om iemand te overtuigen. 

  • Je kiest bewust wat je vertelt, in welke volgorde je het vertelt en hoe.
  • Je belicht sommige aspecten extra om bepaalde gevoelens bij je publiek op te roepen. 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Framing 
Hoe kan je frames creëren?

  • Woordkeuze (95% overlevingskans, 5% sterft)
  • Vergelijkingen 
  • Afbeeldingen 
  • Context (kamer opruimen als je iets nodig hebt van je ouders)

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Aantrekkelijk schrijven 
Wat is het verschil tussen enkelvoudige en samengestelde zinnen?

  • Samen zorgen ze voor meer afwisseling in je tekst.  
  • Door gebruik van voegwoorden, kan je zinnen aan elkaar maken.
  • Passieve en actieve zinnen

Slide 9 - Slide

Actieve zin:
- onderwerp doet iets
- lijdend voorwerp ondergaat wat het onderwerp doen
- meewerkend voorwerp ontvangt iets
bv: Ik stuurde jou gisteren dat appje.
       De leraar legt de rekensom uit.

Passieve zin:
- Het onderwerp wordt achterwegen gelaten
bv: Dat appje werd jou gisteren gestuurd.
       De rekensom wordt uitgelegd. 
Correct schrijven 
  • Lange zinnen hebben een grotere kans dat het onduidelijk is of fouten bevat.  
  • Ontspoorde zinnen -> lees ze hardop voor, dan hoor je wat er niet klopt. 
  • Overbodige woorden weglaten
  • Tangconstructie -> woorden die bij elkaar horen, worden gescheiden. Kan voorkomen worden. 
  • Contaminatie -> Twee woorden of uitdrukking door elkaar heen gebruiken 

Slide 10 - Slide

Actieve zin:
- onderwerp doet iets
- lijdend voorwerp ondergaat wat het onderwerp doen
- meewerkend voorwerp ontvangt iets
bv: Ik stuurde jou gisteren dat appje.
       De leraar legt de rekensom uit.

Passieve zin:
- Het onderwerp wordt achterwegen gelaten
bv: Dat appje werd jou gisteren gestuurd.
       De rekensom wordt uitgelegd. 
Werken aan de opdracht 
Wat? Maak opdracht 1 t/m 6 op bladzijde 58-59
Hoe? Zelfstandig
Tijd? Tot het einde van de les, het is huiswerk voor morgen
Vragen? Steek je hand op en ik kom bij je langs
Klaar? Maak ander huiswerk 
timer
15:00

Slide 11 - Slide

This item has no instructions