This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
timer
2:00
Vitale functies
Slide 2 - Mind map
Vitale functies
Slide 3 - Slide
Bloeddruk-> tensie-> RR -> 120/80 mmHg
Hartslag->pols->P-> 60-100 bpm
Temperatuur->T-> 36,5-37,5 °C
Saturatie->Sat -> ≥95%
Ademhaling->AH-> 12-14 slagen / pm
Bewustzijn-> Glasgow Coma Scale -> GCS/EMV
Slide 4 - Slide
Bloed dat naar het longblaasje toe stroomt bevat weinig zuurstof
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quiz
Lucht die we inademen bevat 20% zuurstof
A
Klopt! en als we uitademen zit er geen zuurstof meer in
B
Klopt! en als we uitademen is dat nog 15%
C
Klopt! en als we uitademen is dat 80%
D
Niet waar dat moet zijn 80% zuurstof
Slide 6 - Quiz
Wat observeer je niet bij de ademhaling?
A
Frequentie
B
Diepte
C
Geur
D
Regelmaat
Slide 7 - Quiz
Apneu
Dyspneu
Hyperventilatie
Gasping
Overademhaling
afwezigheid van ademhaling
benauwdheid
komt voor bij stervenden/ na ademhalings- stilstand
Slide 8 - Drag question
Wat is een tachycardie?
Slide 9 - Open question
Slide 10 - Slide
Hypertensie is een....?
A
Onregelmatige bloeddruk
B
Lage bloeddruk
C
Hoge bloeddruk
Slide 11 - Quiz
Waar let je op bij het meten van de hartslag?
Slide 12 - Open question
Slide 13 - Video
Slide 14 - Video
18:20
Tel de polsslag
fragment duurt ongeveer 30 sec
Slide 15 - Slide
Hoeveel slagen per minuut heb je geteld?
Slide 16 - Open question
Systolische druk
Diastolische druk
Irregulaire pols
Arteria radialis
120/80 mmHg
Riva-Rocci
de druk in de bloedvaten als het hart zich inspant.
de druk in de bloedvaten als het hart zich ontspant.
Onregelmatige pols
Polsslagader
normaalwaarde bloeddruk van een volwassene
Italiaanse arts die bloeddrukmeter ontwikkelde
Slide 17 - Drag question
Tel de polsslag
fragment duurt ongeveer 30 sec
Slide 18 - Slide
0
Slide 19 - Video
dat ging snel he! komt hij nog en keertje
Slide 20 - Slide
0
Slide 21 - Video
Hoeveel slagen per minuut heb je geteld?
Slide 22 - Open question
Als een patiënt een hoge temperatuur heeft zal de pols dan stijgen of dalen?
A
Stijgen
B
Dalen
Slide 23 - Quiz
Intra-aurale of tympanische meting
Oraal
Axillair
Rectaal
Slide 24 - Drag question
Wat is hypothermie?
A
Te hoge bloedsuiker
B
Te lage lichaamstemperatuur
C
Lage bloeddruk
D
Hoge bloeddruk
Slide 25 - Quiz
Wanneer heb je verhoging?
A
Bij een temperatuur van 37,5 tot 38 graden
B
Bij een temperatuur van 38,5 tot 41 graden
C
Bij een temperatuur van 36,5 tot 37,5 graden
D
Bij een temperatuur van onder de 36,5 graden
Slide 26 - Quiz
Een patiënt met hoge koorts (41,2°C) ligt in bed met een pyjama aan met zijn dekens over zich heen getrokken. Wat kan je doen om de patiënt comfortabel te maken?
Slide 27 - Mind map
7. Wat zijn de drie soorten reacties die we nagaan bij de EMV-scorelijst om het bewustzijn na te gaan?
Slide 28 - Mind map
8. Hoe hoger de score van EMV, hoe .... het bewustzijn