What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
De ontkenning
De ontkenning
À la fin de la leçon ken/kun je:
- Je kent de theorie van de ontkenning
- Je kunt de ontkenning toepassen
1 / 16
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
16 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
De ontkenning
À la fin de la leçon ken/kun je:
- Je kent de theorie van de ontkenning
- Je kunt de ontkenning toepassen
Slide 1 - Slide
Grammaire H:
de toepassing
Je zet '
ne
' altijd
voor
de persoonsvorm,
'
pas
' zet je er
altijd
achter!
Bijvoorbeeld
.
Je
vais
à l'école
Je
ne
vais
pas
à l'école.
Slide 2 - Slide
Grammaire H:
let even op!
Wanneer het werkwoord begint met een
klinker (a/e/i/o/u)
of een h
, dan verandert
ne
in
n’.
Voorbeelden:
J’
habite
à Groningen. -->
Je
n
’
habite
pas
à Groningen.
J’
aime
le français. -->
Je
n
’
aime
pas
le français.
Slide 3 - Slide
Maak ontkennend:
elle va à l'école
A
elle n'va pas à l'école
B
elle ne va pas à l'école
C
elle ne pas va à l'école
Slide 4 - Quiz
Maak ontkennend:
Anna habite à Toulouse.
A
Anna ne habites pas à Toulouse
B
Anna n' habites pas à Toulouse
C
Anna ne habite pas à Toulouse
D
Anna n' habite pas à Toulouse
Slide 5 - Quiz
Maak ontkennend:
Adrien a de nouveaux amis.
A
Adrien n'a de nouveaux amis.
B
Adrien n'a pas de nouveaux amis.
C
Adrien a ne de pas nouveaux amis.
D
Adrien a de nouveaux ne amis pas.
Slide 6 - Quiz
De ontkenning:
Welke van de onderstaande ontkenning is NIET correct.
A
Ce n'est pas ici.
B
Elle ne mange pas.
C
Anna ne pas regarde
D
Nous ne parlons pas français.
Slide 7 - Quiz
Maak ontkennend:
Elle travaille à l'hôpital
A
Elle ne travaille pas à l'hôpital
B
Elle travaille à l'hôpital ne pas
C
Elle ne pas travaille à l'hôpital
D
Elle travaille pas à l'hôpital
Slide 8 - Quiz
Maak de volgende zin
ontkennend
.
Nous sommes au collège.
Slide 9 - Open question
Maak de volgende zin
ontkennend.
On travaille bien.
Slide 10 - Open question
Maak de volgende zin
ontkennend.
Le prof parle anglais.
Slide 11 - Open question
Maak de volgende zin
ontkennend.
Il oublie son agenda.
Slide 12 - Open question
Maak de volgende zin
ontkennend.
Elles habitent à Zwolle.
Slide 13 - Open question
Maak de volgende zin
ontkennend.
C'est un fromage super!
Slide 14 - Open question
Maak de volgende zin
ontkennend.
Timéo et Jade adorent la musique.
Slide 15 - Open question
Slide 16 - Slide
More lessons like this
De ontkenning
October 2024
- Lesson with
16 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
De ontkenning
12 days ago
- Lesson with
16 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Ontkenning: uitleg en oefenen
May 2024
- Lesson with
18 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Unité 4: Ontkenning: uitleg (en oefenen)
June 2024
- Lesson with
23 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
unité 4: grammaire 2 (de ontkenning)
April 2024
- Lesson with
17 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Werkwoorden op -er + être/avoir + ontkenning
March 2024
- Lesson with
34 slides
1hv - de ontkenning
November 2023
- Lesson with
16 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
De ontkenning
December 2023
- Lesson with
17 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1